Voorgeschiedenis Begraafplaats Zuurdijk

 

Vanaf het ontstaan van Zuurdijk zullen de bewoners daar hun laatste rustplaats gevonden hebben.
Na 1718 zijn de kerkboeken bewaard gebleven..

In de bewaarde kerkboeken zijn vanaf 1718 notities gemaakt over de inwoners en de ontvangen huur van de landerijen en het zwarte laken. Het zwarte of het armen laken werd over de kist van de overledene gelegd en was een bron van inkomsten voor de kerk. Een andere bron van inkomsten waren de na de begrafenis gehouden collectes.

Begraven in de kerk 
Het begraven in de kerk was slechts aan enkelen voorbehouden. Priesters en dominees hadden het voorecht in de kerk begraven te worden. Anderen mochten ook in de kerk begraven, mits men over voldoende middelen beschikte. De meeste bewoners zullen op het kerkhof gegraven zijn. In 1825 mocht van overheidswege niet meer in de kerk begraven worden. In Zuurdijk werd een uitzondering gemaakt voor Everdina Oudeman.
In de kerk zijn – buiten de zerk van Dominee Abraham Gemminga – alleen de zerken van Hendrik Hendrik van Ulms de Oude, zijn echtgenote Hilje Eijes en haar afstammelingen te vinden. Niet bekend is wie er verder begraven geweest zijn. Wel is bekend dat de Dominee Focke Fockes, de opvolger van Dominee Gemminga, in 1681 in de kerk begraven werd. Zijn zerk  is later verwijderd en brokstukken van de zerk lagen begin 1900 onder de afvoerpijpen van de dakgoten van het café Datema (thans Billeke de Beer).

In 1773 wordt Kerkvoogd Hindrik Hindriks van Ulms de Oude. Hij kocht voor zich en zijn echtgenote Hilje Eijes twee graven in het koor van de kerk. In 1773/1774 is genoteerd voor de Diaconie:
den 30 dito (november) ontvangen uit de beckken bij de begrafenisse van H Hindriks vrouw 45 15 03
1774 den 25 januaar ontfangen van H Hindriks wegens t gebruik van het Armen Laken over de kist seven gulden – 07 00 00

Begraven op het kerkhof
Na 1825 tot 1877 werden de overledenen in Zuurdijk uitsluitend begraven op het kerkhof. Het is niet uit de kerkboeken te halen, maar een boerderij had recht op een aantal graven. Beschikte je niet over een boerderij dan werd je begraven aan de noordkant van de kerk. Had je een boerderij dan werd je begraven aan de zuid-, west-, oostzijde van de kerk. Uit de zerken blijkt dat deze hoofdzakelijk van landbouwers zijn.
Het kerkhof was eigendom van de kerk.

Begraven op de begraafplaats
Op 10 April 1869 (Staatsblad n°. 65) werd – na 5 voorgaande wetsontwerpen – afgekondigd de invoering van de Wet betrekkelijk het begraven van lijken, de begraafplaatsen en begrafenisregten.
Een kerkhof dat binnen 35 meter afstand van de bebouwde kom lag diende in 1874 gesloten te worden.

Omstreeks 1870 werden op grond van de wet buiten de bebouwde kom nieuwe begraafplaatsen aangelegd. De aanleg werd bekostigd door de burgerlijke gemeenten, die ook eigenaar werd van deze nieuwe begraafplaatsen. In Grijpskerk gebeurde dit al in 1867. In Zuurdijk was men blijkbaar niet gecharmeerd van deze nieuwigheid. De aan te leggen nieuwe begraafplaats bleef eigendom van de kerk.

In 1873 werd de Wet houdende voorziening tegen besmettelijke ziekten ingevoerd. Artikel 12 van deze wet bepaalde dat in 1874 ten spoedigste bij elke begraafplaats een “locaal” ingericht moest worden voor tijdelijke bewaring van overledenen aan een besmettelijke ziekte. Zuurdijk kon ook deze wet niet negeren. Het lijkenhuisje werd gebouwd.

In 1877 werd door de aanleg van de nieuwe begraafplaats en de bouw van het lijkenhuisje voldaan aan de wetten van 1869 en 1873.

In tegenstelling tot veel andere dorpen is, behoudens een enkele uitzondering, in Zuurdijk goed te zien het gevolg van de wetgeving.
De nieuwe begraafplaats ligt ten noorden van het kerkhof, waardoor er geen verwijdering is opgetreden tussen Kerk, kerkhof en begraafplaats.
De grafplaats in de kerk voor H.J.W. Torringa, schoonzoon van Everdina Oudeman of voor Elizabeth Eijes, haar schoonzuster, is leeg gebleven. Zij zijn beiden op het kerkhof begraven.
Itje Ennes Bazuin, de eerste echtgenote Roelf Eijes Torringa, ligt begraven op het kerkhof. Haar zoon ligt op  de begraafplaats.
De echtgenotes van Rieuwert Blink zijn begraven op het kerkhof. Rieuwert is begraven op de begraafplaats.
R.J. Loots, overleden in 1906, werd wel bij zijn echtgenote begraven op het kerkhof. Wellicht een kwestie van geld?

 

Dichteres en oud-bewoonster van Zuurdijk Jane Leusink heeft de noodzaak en het aanleggen van de nieuwe begraafplaats aan de hand van ware gebeurtenissen treffend beschreven.

 



Wet betrekkelijk het begraven van lijken, de begraafplaatsen en begrafenisregten (1869)

Invoering van wet door de provincie

Wet houdende voorziening tegen besmettelijke ziekten (1872)

Naar de grafstenen in de kerk

Naar de grafstenen op het kerkhof 

Naar noaberschap

Naar het gedicht Gras van Jane Leusink

Naar de Begraafplaats