___________________________________________________________ |
01-09-1939 Nieuwsblad van het Noorden, vrijdag
STAD EN PROVINCIE Uitreiking Rijksdistributiekaarten
Enkele wenken voor het publiek
Zooals ook uit een advertentie in ons blad van heden blijkt, worden morgen de Rijksdistributiekaarten aan de inwoners van onze stad uitgereikt, die zich daartoe kunnen vervoegen tot het desbetreffende bureau in de wijk waarin hun straat is gelegen.
Een allereerste vereischte is, dat men zich door dezen maatregel niet laat verontrusten. Want daartoe is geen enkele grond.
De uitreiking van de Rijksdistributiekaarten beteekent immers nog geenszins, dat de distributie van levensmiddelen een feit is geworden.
Alleen de noodige voorzorgsmaatregelen dienen te worden getroffen.
Er is bij 1914 vergeleken, een andere gedragsregel gevolgd. Toen zorgden de gemeenten n.l. zelf voor de voedselvoorziening, terwijl dat nu door de regeering centraal geschiedt. Alleen hebben de gemeenten een administratieven dienst in te stellen, welke zorg draagt voor de uitreiking van de bonboekjes etc.
Het hoofd van dezen dienst is ambtshalve de burgemeester.
Daar in een groote gemeente als Groningen de burgemeester te veel in beslag wordt genomen door andere zaken, heeft mr. P. W. J. H. Cort van der Linden tot chef aangewezen den heer C. Prins, oud-directeur der Amsterdamsche Bank, terwijl de heer J. J. Leeninga hem zal bijstaan.
Op het bureau in de Agricolastraat is men de laatste dagen met een 70 – 100 man druk in de weer geweest en het resultaat is, dat – zooals gemeld – morgen de uitreiking van de voorloopige Rijksdistributiekaarten kan plaats vinden.
De ongeveer 25.000 hoofden van gezinnen en ongeveer 15.000 alleenstaanden zijn verdeeld over 39 bureaux, gevestigd in diverse scholen.
Van 8 uur ’s morgens tot des namiddags 5 uur kan men er terecht en evenmin als bij de verkiezingen voor den gemeenteraad, behoeft het er een gedrang te worden, als men niet allen op de spitsuren komt.
De burgemeester heeft ten dienste van het publiek de volgende wenken opgesteld:
I. De uitreiking der kaarten geschiedt aan de hand van ontvangstbewijzen. Deze kunnen per order geteekend worden. Degene die teekent is aansprakelijk dat de kaarten in goede handen komen; strenge straffen staan op misbruik.
II. De ontvangstbewijzen liggen wijksgewrjs op straatnummer. Men geve aan het bureau op waar men woont, hoe men heet en hoeveel huisgenooten men heeft.
III. Commensalen kunnen òf zelf de kaart halen òf door degene bij wie ze inwonen.
IV. Voor inwonende dienstboden moet de kaart gehaald worden door het hoofd van het huis waar zij in dienst zijn. Uitwonende dienstboden behooren tot het gezin waar zij des nachts vertoeven. Dat gezin moet voor het afhalen zorgen.
V. Voor zieken en buiten de stad vertoevenden hale men de kaart en sture ze op. De kaart is voor het heele land geldig.
VI. Ook voor in dienst opgeroepen militairen hale men de kaart. Men overhandige de kaart wanneer zij met verlof kamen.
VII. Zijn er bijzondere omstandigheden in het gezin waardoor het hoofd of zijn vrouw niet zelf kunnen komen sture men een gemachtigde die men dan een briefje meegeeft.
VIII. Is men pas verhuisd binnen de gemeente zoodat de verhuizing nog niet is ingeschreven in het bevolkingsregister ga men naar het bureau in zijn oude wijk. Is men verhuisd van buiten de gemeente ga men eerst naar het bureau Bevolking in de Agricolastraat.
Opgemerkt kan worden, dat schippers, woonwagenbewoners en zwervers, voor zoover zij niet in Groningen gedomicilieerd zijn, zich morgen dienen te vervoegen in het Prinsenhof.
Als het Groninger publiek – en daaraan twijfelen wij niet – morgen zijn kalmte bewaart en even nuchter over de zaak nadenkt, dan zal de uitreiking van de distributiekaarten een vlot verloop hebben.
En mocht zich onverhoopt een moeilijkheid voordoen dan kan dat immers nog tijdig in orde worden gemaakt.
Actie tegen hamsteren
Politie maakte verschillende processenverbaal op.
Van politiezijde wordt ons verzocht, bekend te maken dat door haar, in samenwerking met de ambtenaren van den Centrale Crisis Controle Dienst, krachtig wordt opgetreden om te zorgen, dat de voorschriften, welke door de regeering zijn gegeven om het hamsteren tegen te gaan, zullen worden nageleefd.
Ieder heeft door de radio kunnen hooren en uit de kranten kunnen lezen welke artikelen onder de bepalingen vallen en waarvan men geen grootere hoeveelheden mag aanschaffen dan men in normale omstandigheden in een week pleegt te gebruiken. Het publiek wordt er op gewezen, dat men strafbaar is, wanneer men deze artikelen vervoert zonder dat daarbij een afleveringsbewijs, dat de winkelier moet afgeven, aanwezig is.
Iemand die bij een winkelier zijn boodschappen haalt moet dus bij het vervoer van de bedoelde artikelen van den winkel naar zijn woning in het bezit zijn van die afleveringsbewijzen. Inmiddels is gebleken dat ook te dezer stede helaas nog burgers zijn, die zoo onmaatschappelijk zijn de voorschriften te overtreden.
De politie heeft, in samenwerking met de ambtenaren van den controledienst, reeds vele gevallen achterhaald.
Zoo werd een partij van 20 kg. vet in beslag genomen, dat door een winkelier aan een klant zou worden afgeleverd. Diezelfde winkelier had aan een vijftal andere klanten partijen vet van 5 tot 20 kg. afgeleverd, terwijl ook eenige bussen zeep in beslag werden genomen. Een handelaar was bezig aan een klant 60 L. petroleum af te leveren. Een groote firma uit de omgeving der stad was gisteren bezig partijtjes van 10 kg. vet bij diverse klanten rond te brengen. Ook hieraan werd een einde gemaakt. Het feit, dat deze partijen voor een deel reeds de vorige week, dus voor het in werking treden der crisisvoorschriften, besteld waren, verandert daaraan niets. Tegen de overtreders wordt proces-verbaal opgemaakt.
___________________________________________________________ |
29-08-1939 De Noord-Ooster
VERGOEDING KOSTWINNERS.
De Burgemeesters van de Nederlandsche gemeenten brengen in verband met de algemeene mobilisatie, het volgende ter kennis van belanghebbenden.
Indien tengevolge van het verplicht verblijf in werkelijken dienst van een dienstplichtige voldoende middelen tot levensonderhoud ontbreken, of zouden komen te ontbreken aan:
a. zijn echtgenoote,
b. zijn bloed- en aanverwanten in de rechte linie,
c. zijn andere bloed- en aanverwanten in den tweeden graad,
d. zijn pleegouders,
e. degenen, in wier onderhoud hij ingevolge rechterlijk vonnis moet voorzien,
wordt aan bedoelde personen, op hun verzoek, een vergoeding uit ’s Rijks kas toegekend.
De aanvraag om vergoeding geschiedt mondeling of schriftelijk bij den burgemeester der gemeente, waar verzoeker woonplaats heeft. Is de woonplaats buitenslands gelegen, dan wordt de aanvraag gedaan bij den burgemeester der gemeente, voor welke de ingeschrevene voor den dienstplicht is ingeschreven.
De aanvraag geschiedt door of namens den persoon, te wiens aanzien de ingeschrevene als kostwinner wordt beschouwd.
Het verdient aanbeveling de aanvraag zoo mogelijk mondeling te doen, onder overlegging van de noodige bewijsstukken (loonbriefje, trouwboekje, belastingbiljet, huurkwitantie enz.)
___________________________________________________________ |
01-09-1939, Nieuwsblad van het Noorden, vrijdag
De vordering van paarden en auto’s.
Alle paarden, die nu gevorderd zijn, waren reeds in vredestijd geregistreerd en wel onder leiding van den directeur van het remontewezen. Het land is verdeeld in vorderingsdistricten en deze districten zijn onderverdeeld in vorderingsterreinen.
Op zulk een terrein zetelt op den dag dat de paarden er gebracht moeten worden, een vorderingscommissie, waarin o.a. zitting hebben een vorderingscommissaris, twee beëedigde taxateurs (allen burgers) en officieren, onder wie een paardenarts.
Onafhankelijk van elkaar doen de taxateurs hun werk en de uitkomsten worden dan vergeleken. De eigenaar of houder van het paard kan van de beslissing der commissie niet in beroep komen.
Op analoge wijze is de vordering van auto’s in den moblisatietijd geregeld. Ook hier is geen beroep mogelijk.
Wel is beroep toegestaan bij vorderingen op kleinere schaal, wanneer onbeëedigde taxateurs dienst doen. Van zulk een beslissing kan men in beroep gaan bij den Minister van Defensie. Het bezwaarschrift, aan den Minister gericht, moet worden gezonden naar den directeur van den etappe- en verkeersdienst.
De vordering van gebouwen. De vordering van gebouwen (hotels, scholen enz.) geschiedt tegen afgifte van een bon, die wordt uitgereikt door den commandant, die vordert. De commandant vult het bedrag voor de vordering in en den naam van den administrateur, bij wien dat bedrag wordt uitbetaald. Beroep van een dergelijke beslissing kan de “kwartiergever” bij den Minister van Defensie instellen. De Minister benoemt dan een militairen commissaris, die zich van de diensten verzekert van een deskundige, dien de burgemeester aanwijst. Bij verschil van meening tuschen de militaire commissaris en de deskundige benoemen beiden een derden persoon.
Alle van rijkswege gehuisveste militairen krijgen alleen logies in het gevorderde bureau.
Voor hun maaltijden moeten zij zelf zorgen. Zooals bekend, worden gebouwen niet alleen gevorderd voor huisvesting van militairen maar ook voor onderbengen van bureau.
Het personenvervoer op heden en morgen
Ofschoon de Directie van de Nederlandsche Spoorwegen haar uiterste best zal doen om op heden en morgen het personenverkeer door middel van autobussen zoo goed mogelijk gaande te houden, doet de directie een dringend beroep op het publiek om het reizen op die dagen zooveel mogelijk te beperken.
Tijdelijke maatregelen postvervoer
Dringend verzoek niet strikt noodige postzendingen, zooals drukwerken en pakketten even achterwege te laten.
In verband met de omstandigheid, dat vandaag en morgen de Spoorwegen in het algemeen niet voor postvervoer beschikbaar zijn, zal noodzakelijk vertraging in het postverkeer plaats vinden. P.T.T. zal het mogelijke doen het postverkeer met autodiensten gaande te houden.
Medewerking van de zijde van het publiek Is daarvoor onontbeerlijk.
Deze kan worden verleend door:
a. de correspondentie tot het uiterste te beperken, d.w.z. tot hetgeen werkelijk noodzakelijk is; b. verzending van reclame- en andere drukwerken even aan te houden totdat weer vervoergelegenheid beschikbaar is;
c. vooral ook zoo min mogelijk postpakketten te verzenden, omdat voor zekerheid van vervoer hiervan niet kan worden ingestaan.
Alleen indien men zich bepaalt tot het zeer noodzakelijke kan de postdienst deze dagen nog een beperkt vervoer gaande houden. Tenslotte wordt nog eens een beroep op het publiek gedaan om vooral te zorgen voor juiste adresseering van correspondentie voor militairen, t.w, naam, voorletters en rang van geadresseerde, het onderdeel waarbij hij behoort of waarbij hij is gedetacheerd en vooral: geen plaatsnamen. De Veldpostdienst zorgt voor de rest. Op de postkantoren zijn of worden voorbeelden van goede adressen voor militairen voorgehangen.
De genomen maatregelen van militairen en economischen aard
De inventarisatie van voorraden voltooid. Nadere maatregelen ten aanzien van het vervoers- en afleveringsverbod.
Van bevoegde zijde wordt medegedeeld, dat, nu door middel van een algeheele inventarisatie de voorraden zijn vastgelegd, het op 28 Augustus j.l. voor de geïnventariseerde voedingsproducten afgekondigde be- en verwerkingsgebod voor al deze producten per 1 Sept. is ingetrokken voor zoover het betreft het be- of verwerken van eigen voorraden, waarvan overeenkomstig de voorschriften opgave is gedaan of waarvan kan worden aangetoond, dat het vervoer naar het bedrijf op geoorloofde wijze is geschied en waarvan voorraadstaten zijn bijgehouden. Deze ontheffing geldt niet voor alle be- en verwerking tot veevoeder. Deze blijft dus afhankelijk van toestemming van den provincialen voedselcommissaris. Mocht blijken, dat ten nadeele van de algemeene voedselvoorziening in abnormale verhoudingen wordt be- of verwerkt, dan zullen opnieuw beperkende maatregelen worden getroffen.
Ten aanzien van het vervoers- en afleveringsverbod voor de geïnventariseerde producten (de z.g. inventarisatie-buiten-den-landbouw, witte en rose formulieren van het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd) zijn de volgende nadere regelingen getroffen. Consumptie-rijst, gort, havermout, vermicelli, macaroni en spaghetti, koffie, thee, cacaoboon en, cacaomassa, cacaopoeder, chocolade en cacaoboter.
Aflevering en vervoer van partijen, bestemd voor wederverkoopers, zijn van het vervoers- en afleveringsverbod vrijgesteld, mits het normale hoeveelheden betreft, bestemd voor gebruikelijke afnemers.
Aflevering en vervoer van voerrijst blijft afhankelijk van afgifte van een vergunning door of vanwege den provincialen voedselcommissaris.
Tarwebloem en -meel, bestemd voor menschelijke consumptie.
De regeling, dat vervoer en aflevering moet zijn gedekt door een geldig vervoerbewijs, blijft gehandhaafd. Voor de hoog- en vlakmolenaars, alsmede voor hun depôthouders, is een speciale regeling voor de afgifte van deze bewijzen getroffen. In alle andere gevallen blijft de provinciale voedselcommissaris, eventueel zijn apparaat, voor afgifte van vervoerbewijzen aangewezen.
Roggebloem, roggemeel en gebroken rogge. Ook hier blijft de mogelijkheid van aflevering en vervoer afhankelijk van een vergunning aan te vragen bij den prov. voedselcommissaris, behoudens in enkele gevallen waarin voor de afgifte een speciale regeling is getroffen (fabrieken).
Suiker. Afleveren en vervoeren van partijen bestemd voor suikerverwerkende industrieën, zijn met ingang van 1 September vrij, wat hun normale hoeveelheden betreft. Met ingang van 1 September zijn eveneens aflevering en vervoer aan wederverkoopers vrij tot ¼ van de gebruikelijke hoeveelheden.
Alle verwerking tot veevoeder blijft overeenkomstig het veevoederbesluit verboden.
Ongedenatureerd aardappelmeel, kippen-, honden- en kattenbrood, honing en kunsthoning, stijfsel en stijfselpoeder.
Voor aflevering en vervoer van deze artikelen aan wederverkoopers geldt per 1 September een regeling als hierboven o.a. voor consumptierijst vermeld.
Ondermelkpoeder en melkpoeder. De prov. voedselcommissarissen zijn gerechtigd vervoersbewijzen af te geven voor zoover kan worden aangetoond, dat het aflevering en vervoer betreft van hoeveelheden ondermelkpoeder en melkpoeder, bestemd voor industriëele doeleinden – mits geen verwerking tot veevoeder -.
Nadrukkelijk wordt er de aandacht op gevestigd, dat het vorenstaande geen wijziging brengt in de wettelijke voorschriften, betrekking hebbende op het tegengaan van hamsteren, met name de beperking van aflevering en vervoer van bepaalde producten naar den uiteindelijken verbruiker. Deze voorschriften blijven onverminderd gelden. Evenzoo blijft de verplichting tot eenvoudige, doelmatige administratie van het verloop der geïnventariseerde voorraden na de verstrekte opgave ten volle van kracht.
Over inkwartiering, vordering. enz.
Wat het groote publiek niet weet
ledere Nederlander wordt geacht de wet te kennen. Dat is bekend, maar er zijn heel wat menschen, wier kennis van de wetgeving te wenschen overlaat. Ook in dezen tijd van mobilisatie is dat weer eens gebleken en daarom heeft het A.N.P. zich gewend met eenige vragen over inkwartiering en vordering tot iemand, die op die vragen een antwoord weten moest. Zoo is van deskundige zijde medegedeeld, dat alle maatregelen van inkwartiering en vordering, die nu genomen worden, steunen op de inkwartieringswet 1866 en op het inkwartieringsbesluit. Inkwartiering in vredestijd berust bij den burgemeester, die aan de hand van lijsten, waarop de namen van de daarvoor in aanmerking komende inwoners van zijn gemeente geplaatst zijn. bij militaire oefeningen of manoeuvres inkwartiering gelast. In mobilisatiestrjd wordt rechtstreeks bij de inwoners ingekwartierd krachtens een daartoe verleende Koninklijke machtiging. Deze machtiging is in het begin van de mobilisatie verleend.
___________________________________________________________ |
Terug naar Mobilisatie