Spanningen en Konflikten: Trijntje Eppes Doornbos

___________________________________________________________

bladzijde 89:
Hoe zwaar de strijd was, welke door de bekommerde zielen moest worden gevoerd om de genade Gods deelachtig te hoe ze soms door inwendige twijfel verscheurd werden en hoe ze uiteindelijk toch de overwinning op de verleidingen
en onzekerheden behaalden, wordt treffend geschetst in: “Een bladzijde uit het leven van TRIJNTJE EPPES DOORNBOS,toen zij vertoefde in het huis haars Grootvaders Eppe Doornbos, rentenier te Leens, omtrent den jare 1834, ten tijde der Afscheiding”.
In haar eigen onopgesmukte en zeer eenvoudige woorden vertelt zij van haar zielenood en haar inwendige strijd en worsteling, om de genade van God deelachtig te worden, nadat zij te Ulrum de predikanten Scholte en De Cock had horen prediken; ook van haar uiteindelijke overwinning na dagen van angst en onzekerheid.
TRIJNTJE E. DOORNBOS, stammende uit een boerenfamilie, was 23 jaar oud, toen zij tot geloofszekerheid kwam. Na haar huwelijk, eerst met Harm Everts Steenhuis, daarna met J. M. Oosterhuis, woonde zij te Zandeweer waar zij in 1856 overleed, nalatende 9 eigen en 2 stiefkinderen13).

13) Trientje Eppes Doornbos was volgens het Bevolkings Register Leens in 1830 19 jaar oud, geboren t Zandt, dienstmeid bij Jan Harms van der Molen en Liefke Jakobs Bos, resp. 82 en 75 jaar, de eerste geboren te Kantens, de tweede te Wehe. Ze waren oom en tante van Tr. E. D. en rentenierden te Leens.
Tr. E. D. komt nog voor in een acte van 1839, regelende de vererving van een huis met tuin, door haar oom en tante Jan Harms van der Molen en Liefke Jakobs Bos nagelaten. Ze was daar een der 10 erfgenamen.
In het Bevolkings Register 1830 van Leens komt Eppe Doornbos niet voor; waarschijnlijk heeft hij zich dus daar later gevestigd.
Het geschriftje, 17 blz., is gedrukt bij T. Berg, Sappemeer.Verg. voor de geest ook de brief van Ds N. H. Dosker’s vrouw aan die van S. Lanting (Gem. Arch. Ten Boer) 

___________________________________________________________

Ook Meester Van Weerden vergiste zich in deze publicatie in familieverhoudingen.
In zijn artikelenreeks in De Hogelandster “Wandelingen door de De Marne” schrijft hij terecht dat Trijntje bij haar grootvader Jan Harms van der Molen woonde.

___________________________________________________________

Naar Trijntje Eppes Doornbos