28-08-1937 Viering Gronings Ontzet Algemeen

___________________________________________________________

Volgorde? 

28-08-1937 Nieuwsblad van het Noorden, zaterdag
Zonnige 28ste | Trompetgeschal luidde het feest in
Plezierige 28ste!

Het was, alsof de zon het vanmorgen den Groningers toewenschte, zoo vriendelijk bescheen zij onze feestelijk getooide stad. Deze vroolijke wensen sprak uit de vele vlaggen, die vooral in de binnenstad in grooten getale waren uitgestoken, uit de gala-uniformen, die de politie voor dezen dag wederom had aangetrokken, helm en witte handschoenen, en uit de drukte van vele reeds in veelbelovende feeststemming verkeerende stadgenooten, die er vroegtijdig bij waren om niets van het programma te missen.
Het eigenlijke begin van de feestviering van Groningen’s Ontzet was jaren lang de rondrit van het bestuur van Volksvermaken, hoogehoed en zwartgejast, met muziek voorop door de stad. De laatste jaren was het Harmonie-orkest van de G. O. V. nog een uur vroeger met een ochtendconcert in het Noorderplantsoen. Ook ditmaal is het daarin niet achterwege gebleven, onder leiding van den heer M. Lamer werd van acht tot negen in het Noorderplantsoen een welvoorzien programma uitgevoerd. Maar ook de eigenlijke opening van het feest was dit jaar reeds om acht uur, dank zij het veertiental trompetters van landelijke ruitervereenigingen uit Nijkerk, Velp en Laren. En het was een goede opening: nauwelijks was de Martinitoren het uur van achten beginnen te spelen, of daar kwamen keurig en correct de ruiters onder commando van den wachtmeester der Gele Rijders, Waanders, in Groningen welbekend, doordat hij twee jaren geleden het trompetterscorps van de Gele Rijders aanvoerde, op hun edele paarden aanrijden.
Tegenover de Amsterdamsche Bank werd halt en front gemaakt, een oogenblik stilte, de trompetten werden gestoken en daar vermengden zich de koperklanken met het doffe gebrom van de laatste van de acht slagen van den Martini.
De reveille was geblazen!
Het feest ter eere van Groningen’s Ontzet 1937 was plechtig ingeluid!
Voor velen was deze reveille in den eigenlijken zin des woords niet noodig, zij waren op de Markt aanwezig om getuige te zijn van deze opening, welke een keurigen indruk maakte.
Nadat zij hun blij-verkondigende taak in Groningen’s centrum hadden verricht, vertrokken de ruiters weer naar hun uitgangspunt het Stadspark, waarbij hun trompetgeschal ook op andere plaatsen in de stad Groningen’s groote dag inluidde.
Het was een schoon begin van het feest.
Om negen uur begon het bestuur van Volksvermaken, begeleid door de muziekcorpsen Gruno’s Postharmonie” en “Crescendo” en het in zijn fleurige gymnastiek-costumes gestoken tamboers- en pijperscorps van de C. J. O., zijn traditioneelen rit, welke door een groot deel van het centrum leidde.

Hippisch feest op de Groote Markt
Na terugkeer van den rondrit van het bestuur v. Volksvermaken, welke zich als gewoonlijk in groote belangstelling langs de geheele route mocht verheugen; bood spoedig de Groote Markt het tafereel, dat Otto Eerelman eens op zoo indrukwekkende wijze op het doek heeft gebracht, het schilderij, dat nog steeds een der sieraden van het Stadhuis is. Al moge dan de entourage in den loop der jaren zijn veranderd, het beeld is hetzelfde gebleven; duizenden belangstellenden rondom de “laan”, waar paard na paard aan de hand werd voorgebracht of werd voorgereden.
Verschillende autoriteiten woonden de keuringen bij. Onder hen bevonden zich de Commissaris der Koningin, mr. J. Linthorst Homan, de Burgemeester, mr. P. W. J. H. Cort v. d. Linden en hun echtgenooten, wethouder Visser, verschillende Duitsche gasten met aan het hoofd graaf Metternich, General-Inspektor van de Duitsche paardenfokkerij, jhr. H. W. M. van Coehoorn van Sminia, president der Kon. Ned. Federatie van Landelijke Rijvereenigingen, majoor P. M. R. Versteegh, Commandant van de 4de Divisie der Kon. Marechaussee, majoor H. Keppel Hesselink, Commandant van de School voor Verlofsofficieren te Ede, vice-voorzitter van de Kon. Ned. Federatie van Landelijke Rijvereenigingen, luitenant K. A. Enklaar, Inspecteur van de Federatie van Landelijke Rijvereenigingen, de hoofdcommissaris van politie, de heer J. J. Tonckens en de commissaris van politie, de heer S. W. Moolenaar.
De keuringen, die onder leiding van den heer J. B. Kamphuis, leider van ‘t algeheele hippische gedeelte, stonden, hadden een zeer vlot verloop.
De groote attractie voor het publiek waren de ingespannenen tuigpaarden, waarin menig deelnemer met ‘n hartelijk applausje werd beloond. De uitslagen van de keuringen worden eerst hedenmiddag bekend.

De parade der landelijke ruiters.
Deze was het hoogtepunt van dezen morgen op de Groote Markt.
Dank zij de voortreffelijke afwerking van het keuringsprogramma, waarvan het laatste deel werd opgeluisterd door carillon-spel van onzen klokkenist, den heer Jakob Everts, was men gereed, toen de stoet van landelijke ruiters naderde.
Het optrekken en de parade waren op elf uur bepaald en klokslag elf kwamen de ruiters op de Groote Markt aan.
Het was een grootsch schouwspel, dat zich daar aan de blikken der toeschouwers vertoonde, een schouwspel, dat niet alleen het hart van elken paardenliefhebber sneller deed kloppen, maar ook den “leek” veel te genieten gaf.
Voorop trok het Federatie-trompettercorps onder commando van wachtmeester Waanders, dat hiermee ten tweeden male dezen dag zijn entree op de Groote Markt maakte.
Daarachter reed de leider der parade, de heer W. Slob, secretaris der Kon. Ned. Federatie van Landelijke Rijvereenigingen, dan de standaardwacht, bestaande uit de heeren B. Mensinck, H. Varsik, D. J. Mellema en P. T. Nijhoff, ruiters, die een of meermalen officieel in het buitenland zijn geweest, met den Federatie-standaard, de Standaardgroep, waarin de standaards van alle deelnemende Landelijke Rijvereenigingen zijn vereenigd, hierna de Duitsche afdeelingen en vervolgens de Nederlandsche afdeelingen.
Welk een prachtigen indruk maakten de fiere paarden met hun kranige ruiters!
Een teleurstelling was het niet verschijnen van de trotsche hengsten van het Staatshengstendepartement van Osnabrück, maar een teleurstelling, welke haar oorsprong vond in een wijs besluit. De hengsten waren namelijk reeds van het Stadspark op weg naar de Markt, zij waren eenigszins onrustig en de leider durfde de verantwoordelijkheid, dat er iets zou kunnen gebeuren, niet op zich nemen, temeer daar hij verklaarde ruimte noodig te hebben. Eigener beweging zijn toen de Duitschers teruggekeerd.
Na het optrekken stelden de ruiters zich op met het front naar het stadhuis, het commando “Geeft acht!” weerklonk en de leider presenteerde de ruiters aan jhr. Van Coehoorn van Sminia. Vervolgens inspecteerde de Commissaris der Koningin, vergezeld van den voorzitter der K. N. F. v. L. R. en den Burgemeester, begeleid door den heer A. Onnes Ezn., voorzitter van Volksvermaken, de ruiters. Onderwijl liet het Federatietrompetter-corps zich weer horen.
Na beëindiging van de inspectie klonken nieuwe commando’s, de stoet werd in volmaakte orde weer geformeerd en na een korte rondrit op de Markt, werd de terugtocht naar het Stadspark aanvaard.
Nog steeds was de zon het feest trouw gebleven en zoo opende om 12 uur de zomerkermis op Visch- en Ossenmarkt onder de gunstigste weersomstandigheden. Hier zal een groot deel van de middagdrukte vanmiddag haar middelpunt vinden.
De Chr. Muziekvereeniging “Oranje”, dir. de heer J. G. ten Hoor, had van twaalf tot één uur talrijke luisteraars bij het concert, dat zij in den muziektempel op de Groote Markt gaf. En niet minder had dat de “zich bewegende muziek” van het Chr. Muziekgezelschap “Patrimonium”, directeur de heer F. de Boer, dat den gebruikelijken optocht naar de baan maakte.

Daar in het Stadspark is vanmiddag het groote feest van de paardensportliefhebbers, die daar zullen genieten van een hippisch programma, met welks kwaliteit Volksvermaken alle eer zal inleggen.
Nauw waren de laatste klanken van het concert van “Oranje” Weggestorven, of de heer Everts liet voor den tweeden keer deze dag zijn carillon-spel van den Martini klinken.
 

___________________________________________________________

AGENDA voor Groningen ZONDAG 29 Augustus.
2 uur Stadspark: Athletiek-wedstrijden om den Prins Hendrik-beker.
3.30 uur Sterrebosch: Concert Harmonieorkest G.O.V. Dirigent M. Lamer.
8 uur Harmonie: Populair avondfeest Variété-Faveur in den tuin, dancing in de groote zaal.
8 uur Leger des Heils (Viaduct): Uitzending candidaat Oudman.
___________________________________________________________

Een oogenblik van gedenken
Hulde aan de nagedachtenis van den heer Tammes.
Eén ontbrak er op dezen zonnigen dag: Geert Tammes, de man, die met deze historische feesten was opgegroeid en die men thans bij het aanbreken van dit voor Groningen zoo belangrijke tijdstip een posthume hulde heeft willen brengen.
In alle vroegte zijn vanmorgen de president van de Kon. Federatie van Landelijke Rijvereenigingen, jhr. Van Coehoorn van Sminia, het bestuur van Volksvermaken, en de familie Tammes naar Esserveld gegaan om een krans te leggen op het graf van hem, die jaren lang zulk een werkzaam aandeel heeft gehad in de organisatie van de 28 Augustus-feesten, de man die jaren lang, klein van stuk maar groot van werklust, mede heeft gearbeid aan den opzet van deze herdenkingsfestiviteiten.
Daar in alle stilte van de zonovergoten begraafplaats heeft de president getuigd van de waardeering welke de federatie heeft ook voor den arbeid door den secretaris van Volksvermaken in het belang van de landelijke ruitersport gedaan. Een uiting waarvoor Volksvermaken en de familie dank brachten.
Het was een korte maar door eenvoud treffende plechtigheid.
___________________________________________________________
 
30-08-1937 Nieuwsblad van het Noorden
, maandag
Het feest van Groningen’s Ontzet Stralend weer deed het schitterend slagen 

Het is Zaterdag werkelijk een unieke dag geweest. Zoo mooi is het weer zelden en hierdoor slaagde de dag in elk opzicht.
Want de Groninger viert den Achtentwintigste in hoofdzaak buiten op straat en in het Stadspark. 

Alleen de samenkomst van het 28 Augustus-Comité maakt op dezen regel een uitzondering.
Ook voor dit uur van kerkelijke herdenking bestond een goede belangstelling. In de Martinikerk traden als sprekers op ds. H. W. Terwinkel, alhier, die in zijn rede de vraag beantwoordde “Waarvoor danken wij op degen dag?”, terwijl ds. W. Ramaker van Kampen sprak over het onderwerp “Wat zegt de dag van 28 Augustus voor onzen tijd?” 

Beide sprekers hadden een aandachtig gehoor evenals de Chr. Gem. Zangvereeniging “De Lofstem” (dir. de heer A. Bos), die medewerking verleende. 

We zullen niet alle muziekuitvoeringen stuk voor stuk memoreeren, die op Groote Markt en in het Noorderplantsoen werden gegeven. Zij trokken veel belangstelling. Onze stadsklokkenist J. Everts bespeelde het carillon en zoo was er vrijwel den geheelen dag muziek in de lucht. 

De kermismenschen hebben een goeden dag gehad. Tot laat was het druk, de verschillende spullen werden goed bezocht en de kramen trokken naast kijkers gelukkig ook koopers. 

Over het groote paardenfestijn op het Stadspark schrijven we hier niet. Genoeg zij hier in dit algemeen overzicht te constateeren, dat het een daverende middag is geworden, waarover het talrijke publiek terecht zijn enthousiasme betoonde. 

Het vuurwerk
Achter ons zaten op de tribune eenige “Hollanders“, zooals wij Groningers gewoonlijk een ieder die van beneden Zwolle afkomstig is, plegen te noemen. In dit geval waren het nu wel geen Hollanders, gedeeltelijk zelfs medeburgers, maar ze waren in elk geval op grooten afstand van Groningen geboren. En ze maakten blijkbaar voor de eerste maal het vuurwerk mee. 

Ze waren aanvankelijk welwillend gestemd, lichtelijk verwonderd over de enorme menschenmassa, die zich op de markt samenpropte en over de betrekkelijke rust, die er heerschte. “Het volk hier is veel kalmer dan het publiek in Holland”, zei een mneneer ter toelichting. 

Zoo wachtten ze op de dingen, die komen zouden. “’t Zal wel te laat beginnen!”

Op Scheveningen heb ik het vaak gezien“, vertelde een dame en er was iets in haar toon, dat de verdenking deed opkomen, dat ze het hier niet zoo goed verwachtte.
Maar ‘t was toch leuk eens te kijken naar het Groninger vuurwerk, waar over ze hier en elders al zooveel had moeten hooren.
Toegegeven, dat wij Groningers in zeker opzicht chauvinisten zijn. Wij vinden het in onze goede stad en haar ommelanden beter dan waar ook behalve als we onder elkaar zijn, want dan worden er nog wel eens harde noten gekraakt. Maar in een bepaald aantal gevallen zijn we het altijd eens. En daaronder behoort het vuurwerk. Wij houden vol, dat ons vuurwerk op de markt met de Martini op den achtergrond de kroon spant van nagenoeg alle vuurwerken ter wereld.

De den “Hollanders” omringende echte Groningers konden tevreden zijn.
Klokslag half tien doofden de lichten (lekker: niet te laat) en het duurde niet lang of de bewonderende uitroepen kwamen.
De tot ver boven de Martini uitgaande brillant- en zwermbommen, de Florentijnsche en Italiaansche bommen en hoe ze verder heeten, ze werden bewonderd en geprezen.
De magnesiumbelichtingen van de Martini, de draaiende vlammencirkels, de Niagarawaterval, die de markt in het helle licht als van Jupiterlampen zette, de tooverzonnen, sterren en diamanten, ze verwekten een enthousiasme, dat nog steeg bij de groote nummers. 

De dame, die wij eerder sprekende invoerden, gaf onomwonden het Groninger vuurwerk de voorkeur boven het Scheveningsche, en ze vond nu alleen nog maar een pyrotechnisch festijn in Zwitserland met de bergen als achtergrond te vergelijken met het onze, waarmee ook de Martini wel tevreden kan zijn. 

De Leeuwarder firma J. N. Schuurmans heeft inderdaad voor de zooveelste maal getoond, dat zij een grootsch vuurwerk kan samenstellen, vol afwisseling en zonder pauzes.
Met uitzondering van twee bommen, die het niet voldoende hoogerop wilden zoeken, is alles prachtig geslaagd.
Dank zij de windstilte vlogen de bommen hooger dan ooit; ze bereikten zeker een hoogte van 150 meter en een enkele zal niet ver van de 200 af zijn geweest. Het mechaniekstuk der Clowns gaf de meest fantastische buitelingen te zien. Op het gebied van draaiende cirkels kregen we heel bijzondere en ingewikkelde dingen te zien. Contra-batterijen in twee étages gaven prachtige en schitterende kleuren evenals bijv. de Draaiende Molenwiek met draaiende gekleurde zonnen.
Het slotnummer was inderdaad het hoogtepunt. De twee 17e eeuwsche oorlogsschepen, welke met oorverdoovend lawaai hun kanonnen op elkaar afschoten, omgeven door schitterende flankstukken met Chineesch vinkenvuur, draaiende zonnen en waaiers en wat dies meer zij en het was met de Japansche vlindersterren en ohrysantiumkogels afschietende contrabatterijen een feest van kleur en schittering. In elk opzicht kan dit vuurwerk dan ook buitengewoon geslaagd worden genoemd. 

Variété Faveur
Zooals Faveur bij de Groninger Mei-kermis behoort, zoo is hij ook een trouw en gewaardeerd feestgenoot bij de herdenking van Groningen’s Ontzet.

Faveur stelt nooit teleur“, dat is het slagwoord geworden, waarbij in een enkelen zin is vastgelegd de voortreffelijke reputatie, die de heer Faveur zich heeft verworven door hetgeen hij telkenjare gedurende de elf vroolijke dagen het uitgaand publiek van onze stad weet te bieden en dat slagwoord geldt al evenzeer voor de traditioneele 28 Augustusvoorstellingen. Hoevelen de waarheid daarvan kennen en erkennen bewees Zaterdagavond de dicht bezette Harmonie-tuin, waar de stemming even opgewekt en feestelijk was als overal elders in de stad, die feestelijker gestemd was dan ooit, mede dank zij het meer dan mooie weer, dat dezen keer den herdenkingsdag begunstigde. Zelfs de tuin zelf deelde mee in deze feestelijkheid door zijn achtergrond-decor van verlichte dansende boerenjongens en -meisjes. 

Tien nummers telde het programma, waaronder een enkele goede bekende. We bedoelen daarmee het Ludowsky Ballet, dat een voortreffelijk uitgevoerde revue de danses bracht. Bijzonder geestig hiervan waren de Münchener Vrouwen en de slotdans, het straattooneel 1870, dat de rijke verscheidenheid van costumes, dat dit ballet bezit, nog eens onderstreepte. De tweede groote groep van het programma vormden de zes Chineezen van de Wong Chio Tsching Troupe, die zeldzame equilibristische staaltjes vertoonde en daarna gymnastische toeren aan den houten rekstok en leeren riemen, een moeilijke variatie op onze ringen. De “Wang Chio Tsching’ers” verzorgden het slotnummer. Een slot, dat pakte!
Gymnastisch van aard was ook de opening van het programma. Little Géri is in jaren nog ver van den volwassen leeftijd verwijderd, maar in prestaties evenaart hij den oudere. Zijn potpourri gymnastique blonk uit door durf en correcte afwerking.
Cherry and Brandy lijken naar den naam in verband met geestrijk vocht te staan, maar toch is dit geenszins het geval. Opwindend en prikkelend was hun nummer, waarmee zij het probleem “mensch of pop?” opwierpen, echter wel.
Even amusant waren Collins en Ray een koorddanserspaar, dat de techniek van het slappe koord wel zeer hoog heeft opgevoerd. Wel gaf de vrouwelijke partner daarvan niet de directe bewijzen, maar dat was slechts om hun optreden een komisch tintje te verschaffen, een opzet, die alleszins slaagde.
Les Arenco’s brachten in hun voortreffelijk jongleer-nummer met lichtgevende attributen buitengewoon fraaie effecten. Muzikale attracties van het programma waren Horace and Bell en Fred Houben welke laatste zeer veel succes had met zijn met bellen gespeelde Schlager.
Schiller and Jerome tartten in “’n Wankelende geval” de wet der zwaartekracht, en stichtten daardoor miniatuur-paniekjes onder het publiek.
Tenslotte waren er nog The Saytons, kunstwielrijders, voor wie op de fiets niets onmogelijk bleek. De mannelijke partner presteerde het zelfs in den zadel een trap tree voor tree te beklimmen en dat nog wel zonder te rijden.
Het was dus weer een echt Faveur-programma, afwisselend en in elk opzicht keurig afgewerkt. Het orkest onder leiding van den heer J. Hart deelde verdiend in het succes.
Ook gisteravond was de tuin geheel bezet. In de groote zaal lokte de Cocktail-band onder leiding van Jef de Winter beide avonden honderden en honderden danslustigen.

Een fraai hippisch festijn
Nederland wint den landenwedstrijd
Moge het dan waar zijn, dat de hippische wedstrijden van Volksvermaken van karakter zijn gewijzigd, waar is ook dat het Bestuur den polsslag van dezen tijd heeft verstaan. Want waar men ook moge heengaan om te zien, een programma van zoo groote veelzijdigheid op hippisch gebied, treft men nergens aan.
Naast de veelzijdigheid moet men ook hebben een passend geheel, dat is een eisch van de techniek in de hippische wereld. Zoo eischt b.v. de Landelijke Ruitersport een programma dat bestaat uit verschillende details en waarvan geen detail gemist kan worden. Wanneer een programma tot een bepaalde omvang uitgroeit, dan is dit een gevolg van een technische noodzakelijkheid. In dit opzicht staat Volksvermaken voor zeer groote moeilijkheden. Vrijwel alle takken van de hippische sport moeten op het programma voorkomen en het spreekt wel vanzelf, dat de eene tak wel eens moet lijden om de andere. De moeilijkheid zit er dus in, om alle liefhebbers van de verschillende onderdeden te bevredigen.
De conclusie, die meerdere malen getrokken wordt, dat Volksvermaken in dit opzicht een bepaald onderdeel zou doen willen verdwijnen of daarvoor minder belangstelling zou toonen is totaal onjuist.
Ook ditmaal heeft Volksvermaken trouwens weer een enorm succes mogen boeken. Duizenden en duizenden bezoekers hebben het Stadspark weer bezocht, w.o. ook duizenden uit andere provinciën.
Volksvermaken heeft dus een schitterende belooning mogen ontvangen voor het vele werk, dat zij zich heeft getroost om deze wedstrijden te organiseeren. Een geweldig stuk werk is er verzet, want wat de ruitersport betreft vielen de voorbereidingen zelfs plaats buiten de stad en provincie en moesten vrijwel in alle provinciën van Nederland wedstrijden worden gehouden om sterke afdeelingen naar Groningen te zenden.
Nederland, staande tegenover Westfalen en Oldenburg, is wel zeer goed uitgekomen. Zooals wij reeds Vrijdag hebben opgemerkt, maakten de Nederlandsche afdeelingen ook een zeer goeden indruk, vooral tegenover Westfalen.
Nederland heeft dan de overwinning behaald, doch vrijwel direct daarop volgen de beide Duitsche afdeelingen.
Dat Oldenburg tenslotte boven Westfalen kwam, kan alleen zijn oorzaak hebben, dat Oldenburg in de gehoorzaamheidsproef en met het springen een zeer goed figuur maakte. In dressuur was deze afdeeling zeer matig, o.i. een gevolg van ‘t feit, dat de instructeur het programma onjuist en niet met overtuiging commandeerde.
Daardoor verloren de ruiters hun vertrouwen en gaf de afdeeling meer of minder den indruk van onzekerheid. Westfalen daartegenover was zeer goed in de dressuur en ware het alleen een uitslag geweest van de dressuur, o.i. was Westfalen als eerste uit den strijd gekomen van alle afdeelingen. ook van de Nederlandsche. De Oldenburgers legden onverstoorbaar de gehoorzaamheidsproef af, daartegenover was de afdeeling Westfalen bij de gehoorzaamheidsproef het meest onrustig.
Dit is verklaarbaar, omdat de paarden van Westfalen veel hooger in het bloed staan dan de Oldenburgers. dus veel sneller op indrukken reageeren. Dit geeft voor een rijpaard voordeelen, voor een gebruikspaard misschien niet.
In de dressuur maakte het gewest Utrecht Vrijdags reeds een bijzonder goeden indruk, sommige onderdeden in de afdeelingsdressuur waren af.
Er is wel hard gewerkt en men is wel voorbereid naar Groningen gegaan.
Het zou ons veel te ver voeren om op alle details, die deze groote wedstrijden naar voren hebben gebracht in te gaan. Toch zijn er enkele dingen, die wij niet willen passeeren.
Het verschil tusschen de Duitschers en Nederlandsche ruiters is opvallend. De Duitsche ruiter werkt door zijn heupen veel meer op ’t paard in dan de Nederlandsche. De Duitsche ruiter heeft zijn paard ook meer verzameld, zet het veel meer in elkaar dan de Nederlandsche. Werkt de Duitsche dus meer met de beenen, de Nederlandsche werkt meer met de teugelvoering.
Hier zijn dus twee verschillende opvattingen.
Eigenaardig is het, dat men dit bij de tuigpaarden precies andersom heeft.
De Nederlandsche concours-rijder heeft zijn paard sterk verzameld, terwijl de Duitsche concoursrijder (welke hier nu wel niet was) geheel uit elkaar gaat.
Wat wij ook van de Duitschers hebben kunnen leeren, dat is de correctheid en eenvoudigheid van hun rijcostuum. Sober en toch mooi.
Wat zagen wij bij de Nederlanders? Een belachelijke verwarring. Alle mogelijke kleuren. Uniformen met gele tressen, paarse petten of blauwe petten met roode kleppen en nog meer onmogelijke combinaties. 

Wat het Noorden betreft, deze afdeeling was niet gelukkig bij het springen. Een ruiter moest zelfs worden uitgebeld. Dat heeft de plaatsing natuurlijk geweldig gedrukt.
Maar dat ‘t Zandt in de afdeeling dressuur voor het Nationale Kampioenschap pas op de vijfde plaats kwam, heeft ons toch verwonderd. De dressuur was in het kampioenschap Nederland-Duitschland niet zoo best, in de dressuur van de afdeelingen veel beter.
Individueel heeft het Noorden toch best partij gegeven door de beide ruiters D. J. Mellema, die op de derde plaats kwam en P. T. Nijhoff die op de zevende plaats kwam.
Wanneer men aanneemt, dat meer dan 30 individueele ruiters hieraan deelnamen, dan is deze plaatsing zeer eervol. Westfalen maakte hierbij ook een beste beurt, door de tweede plaats te bezetten, terwijl ook de vierde en de zesde plaats door Westfalen werd bezet. Opvallend is het wel, dat Oldenburg hierin geen plaats kon bezetten. In stap waren de Westfalers o.i. wat kort, zeer zeker een gevolg van te stèrke oefening in den laatsten tijd. Het wil ons voorkomen, dat men het in de individueele dressuur verder brengt met de Duitsche wijze van rijden dan met de meest gangbare Nederlandsche, omdat de inwerking op het paard voor de dressuur toch noodzakelijk is.
Varvik van de L. R. Lonneker heeft nu voor de vierde maal het hoogste behaald wat er te halen was. Het is een beste combinatie, Varvik met Nella, maar toch zagen wij het tempo gaarne wat levendiger en een wat meer stuwende achterhand.
In de dressuur-klasse individueel heeft het Noorden het er beter afgebracht. Op de tweede plaats staat T. B. Wiersum van de Landelijke Rijvereeniging ‘t Zandt, op de vijfde plaats de heer J. Steenhuis Geertsema van dezelfde ver. en op de zesde plaats de heer J. P. de Vries van de L. R. Stadskanaal. In deze klasse kwamen alleen Nederlanders uit. 

Hulde moet worden gebracht aan de Landelijke rijvereenigingen, die naar Groningen zijn opgetrokken, zich groote moeiten en opofferingen hebben getroost. Niet vergeten moet verder worden dat de landelijke ruiters niet om geldprijzen hebben gereden doch om eereprijzen. Vanuit het Noorden zijn het alleen de Rijvereenigingen ‘t Zandt, Finsterwolde en Stadskanaal geweest die het Noorden hebben vertegenwoordigd, al de andere rijvereenigingen zijn absent gebleven.
Het is gelukkig geweest, dat men vanuit het Zuiden meer belangstelling en meer waardeering voor deze wedstrijden heeft opgevat dan uit het Noorden. De landelijke ruitersport in het Noorden begint teekenen van verslapping te toonen. De glorie van voor eenige jaren is wel spoedig vervloeid.

De Tuigpaarden
Dat de Duitschers opgetogen waren over de tuigpaarden, zal wel niet verwonderen. In dit opzicht heeft Groningen een grooten naam en vooral op dezen 28sten is dat wel heel sterk voor den dag gekomen. Schitterende collecties waren er.
Het voorbrengen aan de hand op de Groote Markt behoudt toch steeds een zekere bekoring.
Geweldige actie werd door sommige paarden ontwikkeld, zoo was Simson aan de hand verre de beste steppeur en wanneer aan deze keuring een bekroning was gevallen, dan zou Simson het van Elza hebben gewonnen, want het is wel eigenaardig, dat Elza in het tuig veel hooger gaat dan aan de hand. Maar wat wij niet meer goed kunnen keuren, dat zijn de geweldige zware ijzers, die enkele tuigpaarden onder hebben. Wij zijn van meening, dat men concoursbeslag moet aanbrengen, maar laat men niet overdrijven. Dat concoursbeslag noodig is, zag men wel aan Vacona, die op gewoon beslag op de Groote Markt kwam en geen gangen toonde doch op het Stadspark met concoursbeslag een geweldige actie ontwikkelde.
Carlos van den heer Vinkers maakte een besten en voornamen indruk, de ruin is zeer chique; Vernalis was niet in vorm, dat bleek ook wel in het spannen-nummer, waarvan echter Almine alles verpoedelde.
Van de spannen hebben Piet en Lucas het gewonnen, een zeer eervolle onderscheiding den kop te behalen van een dergelijke klasse. Want ook het spannennummer was buitengewoon. Maar toch was het verschil van grooten aard. Ook Carlos en Adam waren best, zijn nog even chiquer, maar Adam verliest het ook weer tegen Carlos. Voor het eerst kwamen uit Nosco en Casper N welke laatste door den heer Mellema werd aangekocht. Een extra span vossen, hoog en soepel in gangen en ook snelheid. De ruins moeten nog beter ingereden worden, Nosco had den mond niet in orde. Ook het span Benno en Zolino zijn een paar schitterende ruins met kwaliteit. De tuigpaarden hebben een extra beurt gemaakt en het deed aangenaam aan. dat alles precies op tijd ging.

De hengsten uit Osnabrück
Die zijn het glanspunt geworden van het groote programma. Het is wel eigenaardig dat men met deze hengsten kan doen wat men wil tijdens dit nummer, terwijl zij overigens toch niet zoo rustig zijn. De drafsportliefhebbers hebben kunnen zien, hoe men moet défileeren met de dravers.
Deze hengsten voor z.g. trainingskarren, liepen op één rij keurig op afstand, de rijders allen met de ellebogen tegen het lichaam gedrukt, het was in een woord af. Het rijden voor die wagens moge oogenschijnlijk niet zoo kunstig lijken, de quadrille die men reed op de fluitsignalen was een heele kunst.
Maar voor ons kwamen de hengsten toch ook beter uit onder den zadel. Dat komt natuurlijk ook omdat de ruiters hoogst bekwame personen zijn met een prima zit en keurige houding.
Het springen door elkaar was prachtig mooi en dan moet men toch de dressuur bewonderen. Men ijlt met die hengsten twee aan twee In een snelle galop tusschen een aankomende colonne door, zonder ook maar één oogenblik te twijfelen. De afstanden moeten juist berekend zijn, zal het niet spaak loopen.
De vrijheidsdressuur is ook wel zeer mooi en de rust die er van uitgaat moet men toch bewonderen.
Worden in het algemeen hier de hengsten nog beschouwd als een soort briesende leeuw, men ziet wel aan dit nummer dat het geheel niet noodig is de hengsten als zoodanig te beschouwen.
Zoowel de Duitschers als de Nederlanders zijn naar huis gegaan met een prachtigen indruk van de stad Groningen; er was een voortreffelijke geest.
Groningen heeft een goede beurt gemaakt.
De uitslagen luiden:
Enkelspannen tuigpaarden. Prijzen f 60 f 40, f 30, f 25, f 20, f 15 en f 10;
1. Elza eig. D. E. Mellema te Finsterwolde;
 2 Carlos eig D. H. Vinkers te Westerlee;
3. Vacona, eig L. Wissink te Enschedé;
4. Vernalia, eig K Geers te Roswinkel;
5. Lucas, eig. R. K Velstra te Leeuwarden;
6. Tipponna, eig.’ Stal Spijkervet te Steenwijk;
7. Prospect, eig D E Mellema te Finsterwolde

Tweespannen tuigpaarden. Prijzen f 60 f 50 f 30, f 20, f 20, f 15 en f 15:
1. Piet en Lucas, eig. R. K. Velstra te Marssurn (Caspers)
2 Carlos en Adolf, eig. D. H. Vinkers te Westerlee;
3. Nosco en Casper N, eig. D. E. Mellema te Finsterwolde;
4. Benno en Zolino, eig. E. Hemmes te Groningen;
5. Constant en Vacona, eig. H. Westendorp en L. Wissink te Enschedé;
6. Tipponna en Wendo, eig Stal Spijkervet te Steenwijk;
7. Wilson ex Madrigal en Simson, eig. J. C. Nienhuis te Groningen.
E.v. Vemalis en Almine, eig. K. Geers te Roswinkel, J. B. Kamphuis, de 28 Augustus dictator.

___________________________________________________________


___________________________________________________________

Terug naar Winnetou