| ___________________________________________________________ |
09-03-1940 De Noord-Ooster, zaterdg
NOORDELIJKE BOND VAN LANDELIJKE RIJVEREENIGINGEN.
DE VERDEELDHEID IN DE LANDELIJKE RUITERSPORT.
Onder voorzitterschap van dierenarts J. P. de Vries te Stadskanaal vergaderde te Groningen de Noordelijke Bond van Landelijke Rijvereenigingen.
Deze wees er op, dat hem bij gesprekken met ruiters een verschil van inzicht ten opzichte van wedstrijden is gebleken. Een gedeelte van de ruiters wenscht serieus te oefenen voor de wedstrijden en dan alleen aan de wedstrijden deel te nemen, wanneer een goede prestatie is te verwachten. Een andere groep ruiters stelt veel lagere eischen. Spr. geloofde, dat we hierbij den gulden middenweg moeten bewandelen. De prestaties zijn in den regel zeer eng, begrensd door de geregelde opname van groene ruiters en paarden in de groepen. Wij dienen, aldus spr., in de eerste plaats een parade te verzorgen, die “af” is, dus correcte zit, juiste afstanden en zuiver gericht en dan met een zeer groot aantal deelnemers. Daarna kan een kleine groep van de besten nog andere nummers verzorgen, b.v. springen, vrijheidsdressuur. In samenwerking met de eigenaren van concourstuigpaarden kan op deze wijze een programma worden samengesteld, dat klinkt als een klok en dat duizenden toeschouwers bevrediging geeft. Door mobilisatie der ruiters en door de vordering van ongeveer driekwart der paarden staat onze landelijke ruitersport er momenteel niet zoo krachtig voor, als we wel zouden wenschen. Redenen om den moed te laten zakken, bestaan er gelukkig niet. Integendeel, het is nu juist de tijd om moedig voorwaarts te gaan, want de grootste voldoening geeft het succes, dat onder moeilijke omstandigheden wordt bereikt.
De tijdsomstandigheden brengen spr. er toe tot de landelijke ruiters te zeggen: weest eendrachtig, vergeet alle oude geschillen. Zeer gewenscht zijn thans streekwedstrijden, daar de jeugdige ruiters en de weinig geoefende paarden dan op de juiste wijze de eerste schreden zetten op den weg, die leidt naar de echte wedstrijden.
De aftredende bestuursleden, T. Oosterwijk te Nieuw-Buinen en P. E. Huizinga, die beide zijn gemobiliseerd, werden z. h. st. herkozen.
Het nadeelig saldo bedroeg het vorig jaar f 15.39, dit is thans teruggebracht tot f 4.96.
Met algemeene stemmen werd besloten het aftredende hoofdbestuurslid, de heer Jb. Maarsingh te Stadskanaal, voor herbenoeming voor te dragen.
Bij de rondvraag wees de heer D. E. MELLEMA te Finsterwolde er op, dat men hem het vorige jaar, toen spr. op deze vergadering over samenwerking had gesproken, er van verdacht had, dat hij partij had gekozen in de verdeeldheid, die er heerscht in de Noordelijke landelijke ruitersport. Niets is minder waar. Spr. wees er op, dat hij gaarne met den Noordelijken Bond samenwerkt in ’t belang van de sport, doch dit ook met anderen doet, indien men daarnaar vraagt.
De heer R. A. MAARSINGH, voorzitter van den Nederlandsche Warmbloedbond, wees er op, dat men in dezen tijd vooral saamhoorigheid noodig heeft. Die heeft de landelijke ruitersport zeker óók noodig, diep geslagen door de wonden die óók voor haar de mobilisatie achterliet. Spr. is er vast van overtuigd, dat wij ons in onze Noordelijke landelijke ruitersport moeten herzien en dat wij ons organisatorisch in eenheid moeten hernemen en herstellen. De landelijke ruitersport wacht een grootere taak. Die ziet spr. vooral ook in de uitbreiding der verrichtingsproeven voor onze fokpaarden, waarbij de landelijke ruitersport gebaat is en de grootere fokkerij ook gebaat is. Hoe mooi en edel het paardrijden ook moge zijn, de fokkerij vraagt meer, zij vraagt ook de landelijke ruiters van het Noorden, maar dan in eenheid.
Er is een paar jaar terug een scheuring gekomen in de gelederen van de Noordelijke ruitersport. Dit is een kwestie van persoonlijke dingen. Hier moet herstel komen, herstel komen terwille van de zaak die allen lief is. De organisaties die hier min of meer tegenover elkaar staan koesteren echter eene gelijke liefde. Dat is de liefde voor het warmbloedpaard. Wanneer de Groninger Bond vergadert, dan zal spr. precies zeggen de woorden die hij hier zegt. Hij wil probeeren deze zaak op te lossen en wil trachten de Groninger landelijke ruitersport wederom in één organisatie te zien vereenigd. Spr. is ervan overtuigd, dat hem dat gelukken zal. In deze vergadering, die vertegenwoordigt den Noordelijke Bond, vraagt spr. de principiëele medewerking van den bond.
De voorzitter zeide deze gaarne toe. Den heer M. zal het zeker gelukken, hetgeen deze zich voorstelt. Hij wenscht daarom dezen alle medewerking te verleenen.
De secretaris van het Drentsch Paardenstamboek, alsmede de secretaris van de Veenkol. Hipp. Ver., de heer R. de Haas, voerden hierna nog het woord, waarna sluiting volgde.
—
Z. K. H. PRINS BERNHARD OP DE JAARBEURS.
UTRECHT, 8 Maart. Vanochtend bracht Prins Bernhard een bezoek aan de 42ste Koninklijke Nederlandsche Jaarbeurs.
De Prins woonde de vergadering bij van het Algemeen Bestuur en maakte vervolgens een rondgang over de verschillende af deelingen waar hij speciaal een bezoek bracht aan de koloniale afdeeling en de buitenlandsche inzendingen van Duitschland, Frankrijk, België en Luxemburg.
Op de Fransche afdeeling werd den Prina door een exposant van mechanisch kinderspeelgoed twee dansende aapjes voor de beide Prinsesjes aangeboden.
Ambtsbezigheden deden den Prins afzien van het voornemen, dat aanvankelijk bestond om de lunch in het Jaarbeursrestaurant te gebruiken.
—
Adviescommissie voor den Akkerbouw en de Veehouderij.
De minister van Economische Zaken heeft ingesteld een commissie, welke den Regeeringscommissaris voor den Akkerbouw en de Veehouderij en het Dagelijksch Bestuur van de Stichting Nederlandsche Akkerbouw-Centrale, gevestigd te ‘s-Gravenhage, hetzij eigener beweging, hetzij op verzoek, zal adviseeren omtrent het nemen van nieuwe maatregelen, zoomede omtrent het aanbrengen van wijzigingen in reeds bestaande maatregelen ten aanzien van graanstroo. In deze commissie zijn benoemd: Tot lid, tevens voorzitter: K. L. Gaaikema Schuiringa te Ruigezand; en tot leden: H. Braam te Veendam; C. A. Van Dam te Hazerswoude; E. T. Jager te Hoogkerk; T. W. J. Kater te ‘s-Gravenhage; Tj. B. E. Kielstra te ‘s-Gravenhage; C. Th. L. Moors te Nieuw Vosmeer; U. D. Reinders te Hoogezand; O. J. Ruiter te Knijpe; mr. A. J. Sauer te Groningen; K. Smit te Groningen.
—
Duitsch vliegtuig neergehaald.
LONDEN, 8 Maart. Officieel wordt medegedeeld, dat bij de kust van Noord-Schotland vandaag een Duitsch bombardementsvliegtuig is neergeschoten.
Donderdag is ter hoogte van de Schotsche kust een Duitsche vlieger door een vaartuig opgepikt. De man bevond zich in een rubberbootje, waaraan zich, naar men zag, twee anderen hadden vastgeklampt. Zij verdwenen evenwel in de diepte aleer men hen kon bereiken.
Rauschning’s boek in beslag genomen.
‘s-GRAVENHAGE, 8 Maart. Het tweede boek van Herman Rauschning, “HitIers eigen woorden” is vanmiddag op last der justitie door de Haagsche politie in den boekhandel in beslag genomen, op grond van zijn voor het hoofd van een bevrienden staat krenkenden inhoud.
| ___________________________________________________________ |
Terug naar Mobilisatie
Terug naar Winnetou