___________________________________________________________ |
Akte No 14
Voor ons Mr Hendrik Hagenouw Brongers, openbaar Notaris residerende te Winsum, hoofdplaats van het eerste Canton Arrondissement Appingedam Departement van de Wester Eems ter presentie van nagenoemde getuigen compareerden
Jacob Hondriks Kooij, landbouwer wonende te Saaxum namens zijn vrouw Grietje Ites,
Luurt Popkes Gaikema, landbouwer te Niehove, namens zijne vrouw Grietje Vonk, benevens
Nikel Hindriks, landbouwer wonende te Oldehove, als curator over de persoonen van Pieter Frans Vonk en Grietje Jans, echtelieden, landbouwers, wonende te Oldehove,
alle requiranten gedomicileerd in het Canton van Zuidhorn, te zamen als mede erfgenamen tot de nalatenschap van wijlen Antje Ites, weduwe van Jan Bos, laatst woonagtig geweest te Leens en aldaar overleden, welke ten gevolge vonnis gewezen bij de Regtbank ter eerster instantie zitting houdende te Appingedam in dato den achten twintigsten October achttien hondrd en dertien behoorlijk geregistreerd, thans hier ter plaats van ons hebben gerequireerd om over te gaan tot de voorlopige veiling van
1o Eene behuizinge met deszelfs heem, getekend No 25, doende ’s jaars aan grondpacht zes gulden tien stuivers, staande aan de straat te Leens, hebbende vier beneden kamers, het uitzicht hebbende ten noorden oosten en westen, en één kamer met het uitzicht ten oosten.
HisGis Groningen | De Oosterstraat is later de Wilhelminastraat geworden.
2020
Kadastraal nummer 2374 = Wilhelminastraat 16 te Leens.
Kadastraal nummer 3433 was de bakkerij van Roelf Jans Sikkens.
Kadastraal nummer 2045 (hoek Strengstraat/Wilhelminastraat) was de kuiperij van Jan Gerardus Aikema.
2o Drie jukken land bij de Leenstertillen gelegen.
3o de vaste beklemming van zeven jukken land gelegen aan de weg nabij Leens, doende ’s jaars tot vaste huur aan den heer W. H. Hoving de som van vijfendertig guldens.
4o den eigendom van vijf jukken land onder Zuurdijk, gelegen bij Theophilus Geerts en vrouw, in vaste beklemming gebruikt ’s jaard voor vijftien guldens.
5o de eigendom van zevendertig en een half juk land gelegen onder Leens bij Jan Pieters en vrouw onder vaste beklemming gebruikt ’s jaars voor honderd guldens.
6o de eigendom van vijfenveertig jukken land bij Zuurdijk gelegen bij Jacob Douwes en vrouw onder vaste beklemming in gebruik ’s jaars voor honderd en tien gulden en eindelijk
7o de eigendom van drie jukken land onder Leens gelegen bij Albert Klaassens en vrouw onder vaste beklemming in gebruik ’s jaars voor twaalf gulden.
Waarop, aangezien de requiranten deze voorlopige adjudicatie hebben doen bekendmaken bij Billetten ingevolge de wet aangeplakt op de plaatsen waar zulks behoort, en daar en boven een extract daarvan hebben doen plaatsen in het advertentieblad van dit Departement, alles ten gevolge de daarvan door de competente autoriteiten afgegeven certficaten behoorlijk geregistreerd, en aangezien het uur tot deze veiling alsoo vastgesteld gekomen was hebben wij aan de tezamen gekomene menigte voorgelezen de voor deze veiling opgemaakte memorie van lasten in dato den vijfden februari laatstleden, ondergetekend door den heer Mr Jan Gerhard Woldringh gead[] Procureur bij de regtbank ter eerster instantie zitting houdende te Appingedam en aldaar woonagtig geregistreerd te Groningen den zevenden februari achttien honderd en veertien folio 103 Ro art 3 ontr: voor regt & addit Twaalf stuivers, (ondergetekend) L. Wichers, welke memorie van lasten is bij ons gedeponeerd gebleven.
En zijn wij daarop dadelijk overgegaan tot de preparatoire veiling der hiervooren gemelde perceelen op volgende wijze.
No 1. hiervoor successivelijk waskaarsjes zijnde ontstoken, heeft vóór het afbranden der derde daarvoor geboden Jan Pieters Vork landbouwer wonende te Zuurdijk de som van twaalf honderd gulden, die na voorlezing van zijn bot hier heeft getekend. J. P. Vork
en hierop van ‘s gelijken drie waskaarsjes zijnde afgebrand zonder dat een verder bot is gedaan
zij wij overgegaan tot de veiling van
No 2. waarvoor, gedurende het branden van differente waskaarsjes eindelijk door Melis Sikkes castelein wonende bij de Leenster Tillen is geboden achthonderd en negentig gulden, die na voorlezing van zijn bot hier heeft getekend M. Sikkes
en hierop drie kaarsjes successief afgebranden geen bot opgekomen zijnde, zijn wij overgegaan tot
No 3. waarvoor door Jan Pieters Vork voornoemd is geboden tweeduizend een honderd gulden, die na voorlezing van zijn bot hier heeft getekend J. P. Vork
hierop drie waskaarsjes ontstoken en successief zijnde afgebrand zonder verhoging, zijn wij alsoo geprocedeerd tot
No 4. onderscheidene kaarsjes aangestoken differente botten zijnde gedaan, heeft eindelijk Luurt Popkes Gaaijkema landbouwer wonende te Niehove hiervoor geboden twee honderd en vijftig gulden en na voorlezing van zijn bot hier getekend L. P. Gaaikema
successief hierna drie waskaarsjes zonder bot zijnde afgebrand hebben wij geveild het perceel
No 5. na onderscheiden gedane botten heeft eindelijk de meergemelde Jan Pieters Vork geboden tweeduisend guldens en na voorlezing van zijn bot hier getekend J. P. Vork
en hierna wederom drie waskaarsjes ontstoken en afgebrand zijnde zonder dat iemand om te verhogen is opgekomen, hebben wij geveild
No 6. voor welk pereel na differente botten eindelijk Jan Jeltes Feringa landbouwer onder Noordhorn woonagtig heeft geboden twee duisend twee honderd guldens en na voorlezing van zijn bot getekend J J Ferenga
Hierna drie waskaarsjes afgebrand zijnde zonder eenige verhoging, zijn wij eindelijk overgegaan tot de veiling van ’t perceel
No 7. en is na onderscheidene botten hiervoor eindelijk door voorengemelden Jan Pieters Vork geboden de som van twee honderd guldens die na voorlezing van zijn bot hier ter plaats heeft getekend J. P. Vork
terwijl, gedurende het successief afbranden van drie waskaarsjes geene verhoging zijnde geboden,
de definitieve verkoop der opgemelde goederen is vastgesteld door partijen op heden over veertien dagen des avonds tot uure als voor deze veiling was vastgesteld, in het logement de Roodehaan bij Warfhuizen.
Van al het welk wij dit proces verbaal hebben opgemaakt en voorgelezen.
Gedaan en gepasseerd te Leens in het oude Regthuis den tweeden Maart achttien honderd en veertien, ten bijwezen van den deurwaarder Walle Pieters Elinga en den Schoolmeester Jacob Pieters Beukema, beide hiertoe verzogte getuigen en onder Leens woongtig die dezen met de requiranten en ons Notaris hebben ondergetekend.
J H Kooij L. P. Gaaikema NikelHendriks Walle Pieter Elenga J. P. Beukema HHBrongers
___________________________________________________________ |
Akte No 17.
Voor ons Mr Hendrik Hagenouw Brongers openbaar Notaris residerende te /winsum hoofdplaats van het eerste Canton Arrondissement Appingedm, departement van de Wester Eems ter presentie van nagenoemde getuigen, compareerden Jacob Hendriks Kooij landbouwer wonende te Saaxum namens zijne vrouw Grietje Ites, Thomas Ites Sielstra koopman wonende bij de Aduarderzijl, Jacob Pieters Vonk landbouwer te Oldehove als Curator over de persoon van Roelf Jans Lamer, Luurt Popkes Gaaijkema landbouwer wonende te Niehove namens zijne vrouw Grietje Vonk, en Sijtse Hendriks Doornbosch landbouwer te Oldehove woonagtig als Curator over de persoonen van Pieter Frans Vonk en Grietje Jans echtelieden
te zamen als mede erfgenamen tot de nalatenschap van wijlen Antje Ites weduwe wijlen Jan Bos in leven te Leens woonagtig en aldaar overleden, welke ons hebben versogt om thans hier ter plaats over te gaan tot de finale toeslag vastgesteld op heden bij proces verbaal van voorlopige toeschatting hiervoren staande behoorlijk geregistreerd, en waarin omschreven zijn het bevel van den Regtbank zitting houdende te Appingedam alsmede de memorie van lasten voor deze verkoop opgemaakt van lasten voor deze verkoop opgemaakt van de vaste goederen aan de requiranten wegens de nalatenschap van voornoemde Antje Ites toebehorende alle in zeven percelen bij het voornoemde proces verbaal gespecificeerd.
Waarop, aangezien deze finale veiling, door de requiranten vastgesteld tegens heden door hun is bekend gemaakt bij middel van Billetten aangeslagen op de tijd en plaatsen bij de Wet voorgeschreven, en aangezien zij daarvan een exemplaar hebben doen plaatsen in het advertentieblad van dit Departement uitwijzen dit alles de certificaten ten dien einde afgegven door de certificaten ten dien einde afgegeven door de daartoe bevoegde auctoriteiten allen behoorlijk geregistreerd.
Aangezien wijders het uur tot deze veiling bestemd gekomen was, wij aan de present zijnde persoonen vooraf hebben voorgelezen de meergemelde memorie van lasten en het procesverbaal van voorlopige veiling meergenoemd en alzoo tot de finale toeschatting zijn over gegaan van ieder perceel successief, beginnende met No 1 en eindigende met No 7; zijnde van ieder perceel onderscheidene botten aangenomen en eindelijk voor ieder afzonderlijk, successivelijk twee waskaarsjes van omtrent één minuut van duur, zonder eenige verdere verhoging zijnde ontstoken en afgebrand, zijnde navolgende persoonen hoogste bieders ieder van het perceel voor hunne name uitgedrukt tot kopers verklaard, aangezien hunne botten de prijs den [] alle surposseren
als van No 1 Jan Harms van der Moolen, rentenier wonende te Leens voor de som van twaalf honderd en vijf guldens.
van No 2 dezelfde voor acht honderd vijf en negentig guldens.
van No 3 dezelfde voor tweeduizend een honderd en vijf guldens.
van No 4 Arent Gerrits Arents koopman wonende te Ezinge voor drie honderd vijftien guldens.
van No 5 de heer Sicco Tjaden Emmen Percepteur en oud Secretaris der Stad Groningen woonende te Groningen voor de som van twee duizend drie honderd guldens.
Van No 6 Evert Egberts Schuringa rentenier te Mensingeweer woonagtig voor eene som van tweeduizend vijf honderd vijf en veertig guldens en
van No 7 Arent Gerrits Arents voornoemd voor de som van twee honderd vijftig guldens
en hebben alle de voormeld persoonen ieder afzonderlijk na voorlezinge van zijn bot hieronder getekend.
Jan Harms van der Molen AGArents S. Tjaden Emmen E E Schūringa
Van al het welk wij dit proces verbaal hebben opgemaakt en aan de Requiranten voorgelezen.
Gedaan en gepasseerd op de Roode haan bij Warfhuizen den zestienden Maart achttien honderd en veertien ten bij wezen van den deurwaarder Enno Sijmons van Hooren, en den castelein Jan Bolt, de eerste op den Hooren en de andere onder Warfhuizen woonagtig die dee met de Requiranten en Ons Notaris hebben ondergetekend.
Sijts Hendrik dorebos J H Kooij J Bolt T E Zilstra Jacob P. Vonk Luirt P: Gaaikema EnnoSijmons van Hooren HHBrongers
___________________________________________________________ |
prijs No 1 1205-,,-,,
lopende h. 130-,,-,,
No 2 895-,,-,,
No 3 2105-,,-,,
ld h 700-,,-,,
No 4 315-,,-,,
No 5 2300-,,-,,
No 6 2545-,,-,,
No 6 2545-,,-,,
No 7 250-,,-,,
Totaal f 10.445
___________________________________________________________
Memorie van lasten
Ten verzoeke van Jan Ites landbouwer wonende te Oldehove, Grietje Cornelis weduwe van Jelte Jans Feringa landgebruikersche wonende te Noordhorn, Jacob Hendriks Kooi landbouwer te Saaxum, namens zijnen Ehevrouw Grietje Ites, Tomas Ites Sielstra koopman wonende bij de Aduarderzijl, Roelf Jans Lamer zijnde in militaire dienst, zijnde laatst gedomicilieerd te Oldehove en Luurt Popkes Gaikema landbouwer te Niehove namens zijn vrouw Grietje Vonk
tezamen als mede Erfgenamen van wijlen Antje Ites weduwe van Jan Bos laatst woonagtig geweest te Leens en aldaar overleden
Eischers bij Exploit van den 12n Maart 1800 dertien behoorlijk geregistreerd en Niekel Hindriks landbouwer wonende te Oldehove en Sijtse Hendriks Doornbos landbouwer mede aldaar wonende, beide als Curatoren over de personen van P. F. Vonk en Grietje Jans Echtelieden landgebruikersche te Oldehove,mede als Erfgenamen van gemelde Antje Ites verweerders kragt het zelfde Exploit heeft de Regtbank ter eerster Instantie zitting houdende te Appingedam bevolen, dat de goederen pro[]rende uit de Nalatenschap van Antje Ites opgemeld tusschen de belanghebbende zullen worden gescheiden en verdeeld en dat diens volgens tot taxatie der onroerende goederen zal worden overgegaan committerende in geval van verkoop den Openbaren Notaris Mr H. H. Brongers residerende te Winsum bij vonnis van den 1e April 1800 dertien behoorlijk geenregistreerd zijnde het rapport der daarbij benoemde deskundigen geenterineerd bij vonnis van opgemelde Regtbank in dato den 28n October 1800 dertien behoorlijk geregistreerd.
Deze goederen bestaan
1o In eene behuizinge, met deszelfs heem getekend No 25 doende ’s jaars tot grondpagt zes guldens tien Stuivers, staande aan de Straat te Leens, hebbende vier beneden kamers het uitzigt hebbende ten noorden oosten en ten westen en een kamer met het uitzigt ten oosten getaxeerd op eene somma van f 1200-,,-,,
2o Drie jukken land bij de Leenstertillen gelegen getaxeerd op 700-,,-,,
3o De vaste beklemming van zeven Jukken land gelegen aan de weg nabij Leens doende ’s jaars tot vaste huur aan de Heer W. H. Hoving f 35-,,-,, getaxeerd op 2100-,,-,,
4o de eigendom van vijf jukken land onder Zuurdijk gelegen bij Theophilus Geerts en Vrouw in vaste beklemming gebruikt ’s jaars voor f 15-,,-,, getaxeerd op 250-,,-,,
5o De eigendom van 37 ½ Jukken land gelegen onder Leens bij Jan Pieters onder vaste beklemming gebruikt ’s jaars voor f 100-,,-,, getaxeerd op 2000-,,-,,
6o De Eigendom van 45 Jukken land bij Zuurdijk gelegen bij Jacob Douwes en Vrouw onder vaste beklemming in gebruik ’s jaars voor f 110-,,-,, getaxeerd op 2200-,,-,,
7o De eigendom van drie Jukken land onder Leens gelegen bij Albert Klasens en Vrouw onder vaste beklemming in gebruik s’ jaars voor f 12-,,-,, getaxeerd op 200-,,-,,
Zullende de zwetten der bovengenoemde landerijen in het Procesverbaal van de definitieve toeschatting worden geexprimeerd.
De voorwaarden waarop bovenstaande vaste goederen zullen worden verkogt zijn de navolgende
Art 1.
Deze goederen worden verkogt zoodanig als dezelve zig zullen bevinden ten dage der definitive toeschatting zonder dat de verkoper ten aanzien der staat van de behuizinge of grootte der landerijen willen zijn gehouden.
Art 2.
In de verkoop zijn niet begrepen eenige meubelen, vee of losse goederen zig in of bij de behuizinge of op de landerijen bevindende.
Art 3.
De kopers zullen gehouden zijn van de dag der aanvaarding af aan de belastingen hoe ook genaamd op voorschrevene goederen liggende te betalen.
Art 4.
De aanvaarding van de behuizinge en het heem zal zijn op den 12n Maij 1800 veertien en die der landerijen daags na de definitieve toeschatting.
Art 5
De koopprijs zal worden betaald in twee egale termijnen als het 1n op 1o Maij 1800 veertien en het 2n op 1o Maij daaraan volgende reserverende de verkoper aan zig het privilegie over het verkogte ingevolge de wet tot aan de volkomene betaling van het laatste termijn.
Art 6.
De titles van aankomst voor zoo verre voor handen zullen bij de betaling van het laatste termijn kooppenningen aan de kopers worden overgeven.
Art 7.
De kosten om tot deze verkoop te geraken zullen tot de dag der praeparatoire veiling komen ten laste van de verkopers terwijl die van de praeparatoire en definitive veiling ’t regt van registratie zullen wezen ten laste der kopers en moeten worden betaald agt dagen na de definitive toeschatting onder quitantie aan de procureur pour suivant Mr J. G. Woldringh wonende te Groningen die deze Memorie van lasten zal deponeren.
Aldus opgemaakt en vertekend te Groningen den 5n Februarij 1800 veertien.
Mr J. G. Woldringh inqlte
Geregistreerd te Groningen den Zevenden februarij 1814 folio 103 Ro trt: 3. Otv. voor regt & []: Twaalf Stuivers
___________________________________________________________ |
Naar Jan Jacobs Bos en Antje Ites, Landbouwers op “Pollux” en Renteniers te Leens