| ___________________________________________________________ |
Verdeling Nalatenschap Schreuder Medendorp:
Numero 1: Huis 29 Zuurdijk toegedeeld aan Anje Everts Koning-Schreuder | sectie G no 318 | werd later Hoofdweg 37
Numero 2: Huis 30 Zuurdijk toegedeeld aan Jan Everts Schreuder | sectie G no 319 | werd later Hoofdweg 39
Numero 3: Sectie G no 373 perceel land gedeeltelijk ter grootte 1 ½ bunder
Numero 4: sectie G no 292 perceel grond gelegen tussen Hoofdweg 38 (boerderij “Bosheuvel”) en 40 toegedeeld aan Anje Everts Koning-Schreuder
RAG 97/88 Hendrik van Bolhuis 12-05-1849 nr 6973
| ___________________________________________________________ |
Voor ons ondergetekende Meester Hendrik van Bolhuis, notaris, residerende te Leens, gemeente van dien naam, Arrondissement Appingedam, provincie Groningen, in tegenwoordigheid der hierna genoemde en mede ondergeteekende getuigen, compareerden:
Jan Everts Schreuder, wagenmaker en kuiper, wonende te Zuurdijk, ter eene zijde, en
Anje Everts Schreuder, buiten beroep, echtgenoote van, ten deze bijgestaan en geauthoriseerd door Jurjen Theodoricus Koning, wagenmaker en kuiper, tezamen mede te Zuurdijk woonachtig, ter andere zijde.
Welke comparanten – alle aan ons, notaris, bekend – verklaarden voornemens te zijn, om bij deze acte overtegaan tot de opmaking, scheiding en deeling van den tegenwoordigen Staat des gemeenschappelijken boedels en der nalatenschappen van Evert Hendriks Schreuder, in leven wagenmaker en kuiper, en Mettje Jans Medendorp, in leven echtelieden, gewoond hebbende te Zuurdijk, gemeente Leens, en,
volgens der comparanten verklaring, beide aldaar overleden, de eerste den zeventienden Maart achttienhonderd zeven en veertig en de laatste den zestienden Julij achttienhonderd twee en veertig;
tot welke nalatenschappen de comparanten Jan – en Anje Everts Schreuder, als der erflateren kinderen en eenige wettige erfgenamen, ieder voor de helft geregtigd zijn.
Hebbende de comparanten diens volgens opgegeven, dat het tusschen hen mandeelige en bij deze acte te scheidene en te deelene bestaat in den volgenden
Voordeeligen Staat.
Numero een.
Eene behuizing, geteekend numero dertig, met schuurtje en daarbij behoorende grond, waarvan het grootste gedeelte en wel
het oosteinde, waarop de gebouwen staan, in eigendom behoort aan de kosterij der hervormde gemeente te Zuurdijk, en waarvan aan deze jaarlijks op Midwinter tot eene vaste huur moet worden betaald de som van negen gulden, welke nooit zal kunnen worden verhoogd of verminderd, en nooit zal kunnen vrijsterven of opgezegd worden;
terwijl het westeinde, zijnde het overig gedeelte van bovengemelden grond, is vrij en eigen,
zwettende ten westen aan – en door comparanten, naar onderling genoegen, afgescheiden van het navolgende perceel numero twee, waarmede hetzelve vroeger was verbonden en alzoo een perceel uitmaakte.
Zijnde dit perceel staande en gelegen te Zuurdijk, gemeente Leens, arrondissement Appingedam, en alzoo in den legger van het Kadaster bekend onder Sectie G, numero 318, thans groot 6 roeden en 40 ellen,
en het oostelijk, reeds afgebakend gedeelte van numero 319.
En zijnde door partijen gewaardeerd op f 800,00
Numero twee.
Eene behuizing, geteekend numero 29, met den vollen eigendom van derzelver erf,
zwettende
ten oosten aan een strook eigen grond, hiervoren onder numero een genoemd;
zijnde dit perceel staande en gelegen te Zuurdijk, gemeente Leens, en aldaar in den Legger van het Kadaster voorkomende onder Sectie G. nummer 319, van welk nommer dit perceel het westelijk, door een heg afgebakend gedeelte uitmaakt en
waarvan het oostelijk gedeelte behoort tot het voogaand perceel numero een.
Door partijen gewaardeerd op f 300,00.
Verklarende hierbij de comparanten, dat er in den erflateren boedel geene schriftelijke titels van aankomst gevonden zijn of bestaan, waarbij de erflaters voormelde perceelen hadden aan zich bekomen, en dat ook geenerlei overschrijving daar van ten kantore van hypotheken had plaats gehad.
Numero drie. De vaste beklemming van eertijds in name ongeveer een en een halve bunder Land, doende jaarlijks Midwinter aan den landbouwer Jan Jakobs Bos, te Zuurdijk, gemeente Leens; zijnde dit perceel een, thans door eene sloot afgegraven, gedeelte van een stuk land, hetwelke in den legger van het Kadaster voorkomt onder Sectie G, numero 373, met eene inhoudsgrootte van twee bunders, twaalf roeden en tien ellen, ten name van Jan Jakobs Bos en mede eigenaren; zoodat van deze splitsing eene nadere kadastrale opneming, meeting en overboeking zal behooren te worden gedaan, – en zijnde dit perceel door de erflaters aangekocht bij acte, gepasseerd voor Meester Hendrik Hagenouw Brongers, notaris te Winsum, in presentie van getuigen, den 20-05-1831, behoorlijk geregistreerd, waarvan, volgens der comparanten verklaring, geene overschrijving ten kantore van hypotheken heeft plaats gehad, hen althans uit de voorhandene expeditie dier acte niet geblijkende. Door partijen gewaardeerd op f 800,00.
Numero vier. De vaste beklemming van een perceel bouwgrond, groot zeven roeden en zestig ellen, doende jaarlijks op Midwinter aan den landbouwer Jan Jakobs Bos, te Zuurdijk, tot vaste huur vier gulden; gelegen te Zuurdijk, en aldaar in den legger van het kadaster bekend onder Sectie G, numero 292, verkeerdelijk ten name van Jan Jakobs Bos. Door de erflaters aangekocht bij acte gepasseerd voor ons ondergeteekende notaris, in presentie van getuigen, den 05-06-1830, behoorlijk geregistreerd; waarvan, volgens der comparanten verklaring, geene overschrijving ten kantore van hypotheken heeft plaats gehad, hen althans uit de voorhanden expeditie dier acte niet blijkende. Zijnde dit perceel door partijen gewaardeerd op f 100,00.
Numero vijf. Onderscheidene huismeubelen, bedde goederen, keuken- en melkgereedschappen, levende have, hout- en ijzerwaren, wagenmakers en kuipersgereedschappen, eetwaren, linnen en lijfstoebehoren van de erflaters, met eenig gewerkt goud en zilver; te zamen door partijen gewaardeerd op eene som van f 990,00.
Numero zes. Gereed geld, successievelijk ingekomen wegens gedane werkzaamheden en geleverde materialen, ten dienste van en aan diverse personen, na aftrek der daarvan, ten laste dezes boedels bestaan hebbende en successievelijk betaalde losse schulden, voortgevloeid uit het bedrijf en de huishoudelijke behoeften, per resto f 130,00.
Bedragende alzoo dezer voordeeligen staat te zamen eene som van f 3.120,00.
Waarvan de ene helft competeert aan den eersten Comparant Jan Everts Schreuder, en de andere helft aan zijne zuster, de tweede comparante Anje Everts Schreuder, ieder ter gelijke som van eenduizend vijfhonderd en zestig gulden. f 1560,00
En ten einde aan ieder hunner deze som te voldoen, verklaarden de deelgenooten, met onderling genoegen, elkander te toegescheiden en aanbedeeld, zoo als zij elkander toescheiden en aanbedeelen bij dezen, in volkomen eigendom; te weten:
Primo. Aan de Codividente Anje Everts Schreuder: ten deze met voorzeiden haren eheman bijgestaan:
a. De behuizing en grond hiervoren onder numero een gemeld en breder omschreven, voor de daarbij gestelde waarde van f 800,00
b. De vaste beklemming van het land hiervoren onder numero drie omschreven, voor de daarbij gestelde waarde van f 800,00 en
c. De vaste beklemming van het perceel bouwgrond, hiervoren onder numero vier omschreven, voor de daarbij gestelde waarde van f 100,00
Makende te zamen f 1.700,00
En aangezien alzoo deze toedeeling het aandeel in vorengemelde active massa, aan haar Codividente competerende, invoege voormeld, surpasseerd eene som van f 140,00
Zoo heeft zij dit surplus in contanten opgeleverd en uitbetaald aan den eersten Codivident Jan Everts Schreuder, ten einde tot voldoening van de aan dezen competerende helft in vorengemelde active massa te strekken, en zulks nevens hetgeen hem verder is – en bij dezen wordt toegescheiden, aanbedeeld en overgegeven, te weten:
a. De behuizing en het eigen erf, hiervan onder numero twee omschreven, voor de daarbij gestelde waarde van driehonderd guden f 300,00
b. als onderscheidene roerende goederen, hiervoren onder numero vijf vermeld, te zamen voor de daarbij gestelde waarde van negenhonderd en negentig gulden f 990,00 en
c. Het gereede geld onder numero zes genoemd, ter som van honderd en dertig gulden f 130,00 .
Makende dit toegedeelde en uitbetaalde te zamen het hem codivident, in voege voormeld, toekomende, ad eenduizend vijfhonderd en zestg gulden. f 1560,00.
Nadeligen staat.
1. Aan de nalatenschap van wijlen den Heer Jan Pieters Vork te Zuurdijk overleden, wegens drie onderscheidene hofdsommen, alle rentende naar vier en een half procent en op den eersten Mei van ieder jaar verschijnende, onder regt van hijpothecair verband of privilegie op de perceelen vast goed aan de codividente Anje Everts Schreuder toegedeeld, gevestigd, in genere ten bedrage van een duizend en vijfhonderd gulden f 1500,00
2. Aan den Heer Torringa, te Zuurdijk, eene hoofdsom van negenhonderd gulden f 900,00
3. Aan Jan Jakobs Bos, te Zuurdijk honderd gulden f 100,00
Makende te zamen tweeduizend en vijfhonderd gulden f 2500,00
Waarvan door ieder der codividenten Jan – en Anje Everts Schreuder moet worden gedragen en betaald de geregte helft, ad eenduizend tweehonderd en vijftig gulden f. 1250,00
Hebbende eindelijk de comparanten ter andere zijde verklaard,
dat zij dezen nadeeligen Staat geheel – en dus ook de helft daarvan, ten laste den comparant ter eene zijde bestaande, ten hunnen laste hadden overgenomen en mitsdien voorzeide nadeelige staat geheel als hunne eigene schuld te erkennen;
dat zij den comparant ter eene zijde deswege volkomen verklaren te ontlasten en hem solidair of hoofdelijk, ieder voor het geheel, vrijwaring beloven voor alle namaning of aanspraak, ter zake dier overgenome schulden;
voor welke overneming en ontlasting de comparanten ter andere zijde verklaarden, de waarde naar hun volkomen genoegen, van den comparant ter eene zijde ontvangen te hebben; waarvan quitantie bij deze.
Waarmede de comparanten verklaarden, de in het hoofd dezes gemelde boedel en nalatenschappen van hunne overledene ouders naar hun volkomen genoegen te hebben opgemaakt, gescheiden en verdeeld.
Ieder der deelgenooten erkende het hem of haar toegescheidene te hebben ontvangen, aanvaard en te accepteren, ter geheele voldoening van ieders aandeel in voorzeide deelbare massa, en tevens met de daartoe betrekkelijke, in den boedel aanwezige titels en bescheiden;
zullende de deelgenooten van dat toegescheidene respectievelijk van heden af aan het genot hebben en daarover als eigen kunnen beschikken, doch ook alle lasten en belastingen van hetzelve van stonden af aan moeten dragen en betalen.
Zijnde de onroerende goederen toegescheiden en aanbedeeld met al derzelver tegenwoordige en toekomende lasten, lusten, regten, servituten en zwarigheden, zonder uitzondering; ook zoo groot en klein, goed en kwaad als ze zich bevinden in door de deelgenooten tot hiertoe onverscheiden zijn gepossideerd, zonder dat zijlieden, wegens den staat der gebouwen jegens elkander tot vergoeding gehouden zullen zijn.
Doende de deelgenooten elkander bij deze volledig en zonder reserve kwiteren, met belofte van vrijwaring voor alle namaning en aanspraak.
Van al hetwelk deze acte is opgemaakt.
Gedaan en gepasseerd te Leens, ten huize van den Kastelein Jan Douwes Poll, op den twaalfden Mei achttienhonderd negen en veertig; in tegenwoordigheid van denzelfden Jan Douwes Poll en van Frederik Wiersum, zaakwaarnemer, beide wonende te Leens, als getuigen ten deze verzocht, bevoegd en aan ons, notaris, bekend, die deze, na gedane voorlezing, met de comparanten en ons, notaris, hebben onderteekend.
| ___________________________________________________________ |
Naar Huis nummer 29 en 30