___________________________________________________________

Ook de gouverneur van Groningen onderzocht deze zaak.
In zijn algemeen verslag van 1832 geeft hij nog geen opwekkend beeld van de toestand der provincie. Wel is waar zijn de mensen trouw aan de Koning, maar de landbouw heeft drie opeenvolgende misoogsten gehad, de scheepvaart ligt stil, de veengraverij kwijnt, de belastingen stijgen en de ontevredenheid is algemeen.

6 April 1832 schrijft hij, dat hij reeds vroeger gemeld had, dat in Hunsingo en het Westerkwartier „clubsen” of staatkundige bijeenkomsten gehouden werden. Nu kan hij iets meer vertellen. 

Te Winsum werden ten huize van kastelein Borgman geheime vergaderingen gehouden van een klein, telkens wisselend aantal personen; een zekere Klaas Jan Beukema te Leens zou de secretaris zijn. 

Propaganda in de stad en het Oldambt was tot nu toe mislukt. „Sedert jaren reeds zijn in Hunsingo ultra-liberale en zoogenaamde verlichte beginsels verspreid, welker zaden nu vruchten beginnen te dragen.” 

Opstand vreest de gouverneur niet, maar “de Ommelander” vindt hij een nietswaardig en soms boosaardig en hatelijk tijdschrift. Hij heeft de vergaderingen bij Borgman laten controleren en een lijst van bezoekers aangelegd, 35 in getal, meest landbouwers. 

Ook Geert Reinders is er bij, die lid van de Provinciale Staten is, en de arts Middendorp, die als een voorname drijver bekend staat. Hun aanhang is evenwel niet groot; de belangrijkste deelnemers zijn ook lieden die in ongunstige financiële omstandigheden verkeren.
Gouverneur Rengers zond nu de verschijnende nummers van de Ommelander telkens op aan de Minister van Binnenlandse Zaken. 

___________________________________________________________

1831: Oprichting van de Maatschappij ter bevordering van het Algemeen Welzijn