In bewerking
| ___________________________________________________________ |
Wat de Engelschman Jenner voor den mensch is geweest,
dat was de Groninger Landbouwer Geert Reinders voor het nuttige huisdier!
| ___________________________________________________________ |
Marten Ædsges Teenstra (boerderij “Castor“, Zuurdijk) onderhield contacten met Geert Reinders; een kleinzoon Geert Reinders uit de Noordpolder werd opgeleid door Douwe Martens Teenstra (zoon van Marten Ædsges Teenstra)
Familie Reinders
21-10-1805 Benoeming tot Lid van de Commissie van Landbouw
24-06-1814 HandgeschrevenTestament van Geert Reinders
14-03-1815 Inventarisatie van de Nalatenschap van Geert Reinders
27-12-1815 Verkoop percelen woning No 13 en grond
09-07-1817 Verkoop woning No 13
Levensbeschrijvingen, Publicatie en Artikelen van en over Geert Reinders de Enter
| ___________________________________________________________ |
Jan Zijlma schrijft in “De Marne”:
1708: Wolven in Gorecht. Premie van f 100,00 op elke wolf aldaar gevangen.
1713: Maatregelen genomen ter voorkoming der rundveeziekte, in de andere provincies heersende.
1714: In den aanvang van dit jaar waren in Friesland reeds 40,000 runderen aan de veepest bezweken. De invoer van ossen uit Jutland verboden.
1715: Vrijdom van verponding, toegekend aan diegenen welker vee aan de veeziekte gestorven is. Verbod van uitvoer van runderen en van het slachten van koekalveren en ooilammeren.
1716: Herhaald verbod van in- en uitvoer van rundvee.
Behalve de veepest waren ook de muizen in dit jaar eene groote plaag in vele daarvoor gunstige streken.
1744: De veepest woedt weder zeer erg in dit en in het volgende jaar en houdt zonder tusschenpoozen aan tot in 1749.
1767: Veepest, welke eerst geheel ophield in 1786 en wel voornamelijk door het inenten en doorzieken der beslagen.
1769: Het inenten van vee begonnen door Geert Reinders, een boer te klein Garnwerd, ook wel de Hoek genoemd, onder Winsum.
De veepest wordt weder zeer erg.
1776: Geert Reinders geeft zijne geschiedenis der inenting van het rundvee in het licht.
1800: Bacot lid van de 2de, zijnde thans de 1ste kamer- en G. Reinders lid van de 1ste, die heden ten dage de 2de kamer der Staten-Generaal is.
1814: [] Bij het tweede academische eeuwfeest wordt door het natuur- en scheikundig genootschap, aan vier verdienstelijke landbouwers, te weten G. Reinders, D. M. Teenstra, J. Heeres en M. Marten een eerbewijs uitgereikt.
| ___________________________________________________________ |
Naar achterkleindochter Itje Ennes Torringa-Bazuin