in bewerking
___________________________________________________________ |
1771 Een Capitaal groot 400 Gulden ten Laste van Hidde Hansen bij de Flakke Rijt doende Jaarlijx na 4 procento rente verschijnende op den 1 November
1773 den 29 October ontfangen van Hidde Hansen een jaar rente van opgemelte Capitaal verschenen op den 1 November 1771, 16,00
1774 den 5 Maij ontfangen van Hidde Hansen twee Jaar rente van een Capitaal groot 400 gl: verschenen op den 1 Nov 1772 en 1773 f 32,00
1779 den []
1788 Den 3 November Ontvangen van Hidde Hansen Twe Jaaren Rinte van een Capt Groot 400 Gl verscheenen den 1 November 1784 en 1785 Zom 32,00
1790 Den 16 Maart Ontvangen van Hidde Hansen Ywee Jaar Rinte van een Capt Groot 400 Gl verschenen den 1 November 1786 en 1787 Zom, 32,00
1791 Den 27 Junij Ontvangen van Hidde Hansen Een Jaar Rente van Een Capitaal Groot 400 Gl verschenen den 1 November 1788 Zom, 16,00
1794 Den 29 Maart Ontvangen van Hidde Hansen Twie Jaar intrest van een Capt Groot 400 Gl na 4 Prosent verschenen na den 1 Novemb& 1700 een en Tnegentig en 1700 Twie en Tnegentig Som, 32,00
1796 Den 25 Maij Onfangen van Grietje Clasen Weduwe van Hidde Hansen
Twie Jaren intrest van Een Capt Groot 400 Gl na vier prosent verschenen den
1 November 1793 en 1700 vier en Tnegentig Som, 32,00
1799 Ontvangen van Grietje Klaazen 4 Jaaren intrest van Een Capt: groot 400 gl na 4 pct verschenen Nov: 1795, 96, 97 en 1798, 64,00
1800 Ontvangen van Gretje Klaasen op 1e Maij vorenstaand Capitaal met een en half Jaar intrest lopende van den 1. November 1798 tot den 1 Maij 1800 waarmede dit No is &nietigd, 424,00
Dit No 6. word tans vervangen met den Naam van Grietje Klaasen wede wijlen Hidde Hansen alleen niet het gebruik van Eene Juk Beklemde Landerijen liggende in hare tans gepossideerde Boereplaats en gesepareert van het verkogte in No 1 doende tot een jaarlijksche Huire van 3 Car: gl:
1805 Ontvangen van Grietje Klasen zeven jaar Landhuire verschenen op Midwinter 1799, 1801, 1802, 1803, 1804 en 1805, 21,00
1809 Ontvangen van Grietje Klazen wedu Eiso Wiersema vier jaaren Landhuire verschenen op midwinter 1806, 1807, 1808 en 1809, 12,00
1811 Ontvangen van Grietje Klazens wedu Eiso Wiersema twee jaar Landhuire verscheenen op Midwinter 1810 en 1811, 6,00
1812 Ontvangen van Grietje Klasen wedu Eise Wiersema Een Jaar Landhuire verscheenen Midwinter 1812, 3,00
1815 April 12 Ontvangen van Grietje Klasen wedu wijl: Eise Wiersum twee Jaar Landhuire verschenen Midwinter 1813 en 1814, 6,00
1818 Maij 7 Ontvangen van Grietje Klasen wede: Eise Wiersema drie jaren Landhuire verschenen Midr 1815, 1816, 1817, 09,00
Vanaf den jare 1799 tot en met 1817 is bovenstaande huur door Grietje Klaassens betaald geworden, doch na dien tijd heeft zij zulks geweigerd.
Bij den dood van Grietjen Klaassen diende Reina Hiddes Dochter en eenige Erfgename der overledene, en toen, in den jaar 1824 op den 15 Maart de plaats welke in bovengemeld juk ligt bij publieke verkoop in handen [kwam] van Pieter P: van der Kooi Eheman van Reina Hiddes, zoo diende ook P. P. van der Kooi te zijn ingeboekt en was verpligt geschenken en achterstallige huren te betalen.
Evenwel had tot hiertoe de inboeking van Reina Hiddes [] van P. P. van der Kooi plaats gehad en bleef deze weigeren om achterstallige en lopende huur te voldoen.
Kerkvoogden vervoegden zich hierover bij het Kollegien van toezicht op de Kerkelijken fondsen en administratien, verzoekende om P. P. van der Kooi geregtelijk te mogen vervolgen en hem te brengen tot de betaling van de geschenken voor de inboeking van Reina Hiddes, van hem zelven en van de achterstalligen huren sinds 1817.
Aan dit verzoek werd gunstig voldaan.
Kerkvoogden werden door genoemd Kollegien volgens aanschrijving van den 7 februarij 1829 gemagtigd tot geregtelijke vervolging van P P van der Kooi met dien verstande evenwel dat men den huren van 1818 – 1826 niet en alleen die van 1826 tot en met 1827 zou eischen ten einde zich niet bloot te stellen aan exeptie van verjaring.
Nu werd de zaak gegeven in handen van den Procureur Mr. H van Bolhuis met dat gevolg dat P P v: d: Kooi bij vonnis van de Regtbank van Appingedam genoodzaakt werd om te voldoen
1) Een jaargeschenk voor de inboeking van Reina Hiddes
2) Een jaar geschenk voor de inboeking van hem zelven
3) vijf jaren achterstalligen huren
te zamen de som uitmakende van f 21. Hieraan voldaan zijnde zoo worden bij dezen P P v d Kooi en vrouw Reina Hiddes ingeboekt als meijerlieden van boven gemeld juk land.
En daar de aanspraak tegen hen in den loop van 1828 een aanvang nam, zoo wordt de huur op Midwinter 1828 verschenen als door hen verschuldigd gerekend.
1829 Ontvangen van P P van der Kooi de hierboven omschreven geschenken en huren te zamen 21,00
1831 ontvangen van Reina Hiddes wedw van Pieter P. v. d. Kooi de Somma drie guldens, zijnde een jaarshuur voor het gebruik van een halven bunder Kerkeland verschenen op Midwinter 1800 acht en twintig, f 3,00
1832 den 22 December Ontvangen van de wedw Pieter Pieters van der Kooi twee jaar landhuur verschenen Midwinter 1829 en 1830 6 00
1833 den 15 November Ontvangen twee jaren landhuur verschenen Midwinter 1831 en 1832, 6,00
1835 den 6 [] twee jaren landhuur ontvangen verschenen Midwinter 1833 en 1834, 6,00
[1837] Ontvangen twee jaren landhuur verschenen Midwinter 1835 en 1836, 6,00
1839 Ontvangen van de Kinderen Pieter Pieters van der Kooi en vrouw een jaar huur tot geschenk waarvoor zij in plaats hunner overleden ouders als beklemde meijers zijn te boek gebracht, 3,00
Nog ontvangen een jaar landhuur verschenen Midwinter 1837, 3,00
1840 den 15 Maart Twee jaar landhuur Ontvangen verschenen Midwinter, 1838 en 1839
1841 den 4 Januarij Ontvangen een jaar landhuur verschenen Midwinter, 1840 3,00
1842 den [] April Ontvangen een jaar landhuur verschenen Midwinter, 1841 3,00
1843 Ontvangen van Johannes Pieters van der Kooi een jaar huur tot geschenk als aangaande Meijer in plaats van de kinderen gezamenlijk, 3,00
1845 den 10 Maart Nog een jaar landhuur verschenen op Midwinter 1842, 3,00
Ontvangen twee jaren landhuur verschenen Midwinter 1843 en 1844, 6,00
1846 den 10 Februarij een jaar landhuur Ontvangen verschenen Midwinter 1845, 3,00
1850 [] Maart Vier jaren landhuur Ontvangen verschenen Midwinter 1846, 1847, 1848 en 1849, 12,00
1856 den 2 Januarij Zes jaren landhuur Ontvangen verschenen Midwinter 1850, 1851, 1852, 1853, 1844 en 1855, 18,00
Nog een jaar huur tot geschenk voor het inboeken van zijn vrouw Eike Hilbrands Wiersema neven hem, 3,00
[] December Ontvangen van Johannes van der Kooi en vrouw een jaar landhuur dat komt te verschijnen Midwinter 1856 3,00
[1861] den 17 Mei Ontvagen van Johannes v. d. Kooi en vrouw, vier jaren landhuur verschenen Midwinter 1857, 1858, 1859 en 1860, 12,00
[1862] Ontvangen van Johannes v. d. Kooi een jaar landhuur verschenen Midwinter 1860 3,00
1863 December Ontvangen van J v. d. Kooi en vrouw twee jaren landhuur verschenen Midwinter 1800 twee en en drie en zestig, 6,00
1865 den 1 Maart Ontvangen van J. c. d. Kooi en vrouw het jaar landhuur verschenen Midwinter 1800 vierenzestig, 3,00
1866 den 7 Junij Ontvangen van J. v. d. Kooi en vrouw twee karen landhuur waarvan het eerste is verschenen Midwinter 1800 vijfenzestig en het ander komt te verschijnen Midwinter 1800 zesenzestig, 6,00
1870 den 19 Januarij Ontvangen van J. v. d. Kooi en vrouw vier jaren landhuur verschenen 1800 zevenenzestig, achtenzestig, negenenzestig en komt te verschijnen 1800 zeventig, 12,00
___________________________________________________________ |
Naar Boerderij “Kooyenburg”