___________________________________________________________ |
Op de boerderij Castor in Zuurdijk
In het archief van de opgeheven gemeente Leens is een register waarin opgenomen zijn processen-verbaal uit de periode 1827-1840.
Niet alleen in Ulrum was rond 1834 veel gedoe maar ook in omringende dorpen en niet alleen in kerken maar ook op andere plekken.
De boerderij Castor aan de Hoofdweg was de feitelijke stichtingsplaats van de Christelijk Afgescheidene Gemeente en latere Gereformeerde Kerk van Leens.
Op 6 juni 1836 tekende de toenmalige burgemeester Jhr. Edzart Tjarda van Starkenborgh Stachouwer het volgende op uit de mond van veldwachter Luitje Ulferts Wiersum.
Proces-Verbaal 06-06-1836
Op heden maandag den zesden Juny 1800 zesendertig is voor ons ondergetekende Jhr. Edzart Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, Burgemeester der Gemeente Leens kwartier Appingedam provincie Groningen gecompareerd de Veldwachter dezer gemeente Luitje Ulferts Wiersum ten einde aan ons rapport te doen van zijne bevinding en verregting op gister zondag de vijfden dezer als wanneer gemeld veldwachter is gelast geweest zich te begeven op surveillance speciaal ten huize van den landbouwer Freerk Jans Hekma te Zuurdijk ter opsporing en wering van ongeoorloofde bijeenkomsten of zoogenaamde godsdienstoeffende vergaderingen.
En heeft de gemelde veldwachter aan ons gerapporteerd het volgende te weten.
Dat hij op gisteren zondag den vijfden dezer des morgens te negen uren was gekomen in de boerenplaats van genoemden Freerk Jans Hekma en had bevonden dat aldaar in het zoogenaamde karnhuis vergaderd waren nagenoeg dertig personen buiten het huisgezin van Hekma, dat dezelve Hekma was bezig geweest met gevouwen handen overluid te bidden:
dat na het eindigen van dat gebed hij veldwachter aan Hekma had te kennen gegeven dat hij kwam om deze ongeoorloofde vergadering te verbieden; waarop Hekma hem had gevraagd uit wiens naam hij zulks deed? Waarop had geantwoord “Uit naam van den Burgemeester“
dat Hekma na eenige woordenwisseling aan hem veldwachter gezegd had dat er over het al of niet geoorloofde van het houden van zoodanige vergaderingen verschillend gedacht werdt en hij Hekma zou voortgaan met den aanwezigen een predicatie voor te lezen waarmede hij terstond dan ook een aanvang had gemaakt.
Dat hij veldwachter ziende dat hij niet bij magte was de vergadering te doen uiteengaan zich van daar verwijderd had zeggende aan Hekma dat terzake Proces-Verbaal tegen hem zou worden opgemaakt.
Dat van de aldaar vergaderde personen aan hem veldwachter geene anderen bekend waren dan Derk Hoeksema, Schoolmeester, Hidde Pieters van der Kooi, Landbouwer en Jan Berends Barkema landbouwer alle wonende te Zuurdijk.
Van welk rapport wij dit Proces-Verbaal hebben opgemaakt om te worden gezonden aan den heer Officier van Justitie bij de Regtbank te Appingedam ter gene van vervolging na de Wet en heeft de veldwachter ons na voorlezing geteekend ten dage bovenvermeld.
Luitje U. Wiersum van Starkenborgh Stachouwer
veldwachter burgemeester
___________________________________________________________ |
Proces-Verbaal 13-06-1836
Op heden maandag den 13 Juny 1800 zesendertig is voor ons ondergetekende Jhr. Edzart Tjarda van Starkenborgh Stachouwer Burgemeester der Gemeente Leens in het arrondissement Appingedam provincie Groningen ten vine van nader onderzoek der omstandigheden betrekkelijk de Godsdienstvergadering gehouden ten huize van Freerk Jans Hekma Landbouwer wonende te Zuurdijk en waarvan in dato den 6 dezer maand op het rapport van onzen Veldwachter Proces-Verbaal opgemaakt en aan den heer Officier van Justitie Appingedam toegezonden voor ons doen verschijnende nagemelde in deze zaak betrokkene personen en hebben ieder hunner afzonderlijk en achtereenvolgende zoodanige vragen voorgesteld als in dezen tot opheldering en informatie speciaal naar aanleiding van de hieromtrent ons van den heer Officier van Justitie bij deszelfs missive van den 9 dezer maand No 5 geworden opgave ons nodig en doelmatig zijn voorgekomen, en zijn mitsdien alzoo voor ons gecompareerd en door ons ondervraagd.
Vooreerst: Freerk Jans Hekma van beroep landbouwer wonende te Zuurdijk in de Gemeente Leens verklarende
dat het reeds sedert geruimen tijd de gewoonte was geweest Godsdienstige bijeenkomsten des zondags in zijnen huize te houden en dat de vergadering van zondag den 5 dezer ook aldus uit gewoonte en zonder eenige voorafgaande aankondiging had plaats gehad.
Dat de bedoelde vergadering zoo als gewoonlijk met opene deuren was gehouden,
dat bij zijn weten buiten huis op het heem geene menschen waren geweest.
Dat de vergadering te half tien waren des voormiddags begonnen en des voormiddags te ruim 11 uren was geëindigd.
Dat hij Comparant in die vergadering een gebed had uitgesproken en eene predicatie voorgelezen,
dat hoewel hij deze genoemde werkzaamheden had verrigt hij daarom zoo min als iemand anders kon gezegd worden het hoofd of de Bestuurder dezer vergadering te zijn geweest.
Dat er bij de vergadering twee ouderlingen hunner gemeente waren tegenwoordig geweest te weten hij Comparant zelf en Hidde Pieters van Kooi te Zuurdijk.
Dat diakenen van hunne gemeente waren Enne Lammerts van beroep Timmerman te Warfhuizen, Ritze Landman dagloner te Wehe en Pieter Bronger te Leens doch dat voor zoo verre hij zich herinneren kon geen der deze genoemde personen in de vergadering present geweest.
Eindelijk dat er geld was gecollecteerd dat echter tot dat einde niet bij de aanwezigen in de vergadering was rondgegaan, maar dat eene op of iets dergelijks op de tafel was gezet geworden waarin de aanwezigen hunne giften hadden gelegd.
En heeft de Comparant deze zijne verklaring nadat hem dezelve was voorgelezen alhier geteekend.
Get. FJ. Hekma
___________________________________________________________
13-06-1836
Voorts compareerde als voren Hidde Pieters van der Kooi van beroep landbouwer wonende te Zuurdijk in de Gemeente Leens erkennende
dat hij zich op zondag den 5 dezer maand had bevonden bij de vergadering tot Godsdienstoefening gehouden ten huize van den Landbouwer Freerk Jans Hekma te Zuurdijk
verklaarende wijders
dat hij geene bijzondere aanleiding had gehad om die vergadering bij te wonen maar zich daar heen had begeven uit gewoonte naardien des zondags meermalen aldaar ten huize bijeenkomsten plaats hadden:
dat hij omstreeks te 10 uur des voormiddags in de bedoelde vergadering was gekomen en na afloop van dezelve te elf uren omstreeks was vertrokken.
Dat door Hekma een gebed was gedaan en eene predieatie voorgelezen,
dat de vergadering was gehouden met opene deuren,
dat hij comparant benevens meergenoemden Hekma ouderling was van hunne gemeente, doch wist niet dat er iemand van hun eigenlijk als hoofd of bestuurder der vergadering kon aangemerkt worden: – en
dat er geene diakenen op den gemelden Zondag waren tegenwoordig geweest,
dat er echter eenig geld was gecollecteerd in een kopje op de tafel staande.
En heeft de comparant deze zijne verklaring nadat hem dezelve was voorgelezen alhier geteekend.
(getekend) H. P. van der Kooi
___________________________________________________________
13-06-1836
Hierna compareerde als voren Jan Berends Barkema van beroep landbouwer wonende te Warfhuizen in de Gemeente Leens verklarende
dat hij op zondag den 5 dezer maand had bijgewoond de Godsdienstoefenende vergadering ten huize van Freerk Jans Hekma te Zuurdijk,
dat dezelve had plaats gehad des voormiddags van dien dag, doch
dat hij den juisten tijd van het begin en het einde van dezelve niet wist.
Dat er geene voorafgaande afkondiging van die bijeenkomst was gedaan.
Dat de vergadering was gehouden met opene deuren.
Dat er door de aanwezigen eene Psalm was gezongen en overigens door Hekma een gebed was gedaan en iets voorgelezen was.
Dat er geen eigenlijk hoofd of bestuurder der vergadering was: doch dat Hekma en Hidde Pieters van de Kooi ouderlingen waren,
dat er geene diakenen tegenwoordig geweest waren en eindelijk dat er eenig geld was gecollecteerd in een kopje ‘t welk op de tafel was geplaatst geweest.
En heeft de comparant deze zijne verklaring nadat hem dezelve was voorgelezen alhier getekend.
(getekend) J.B. Barkema
___________________________________________________________ |
13-06-1836
Vervolgens compareerde als voren Derk Hoeksema Schoolonderwijzer te Zuurdijk in de Gemeente Leens verklarende dat hij had bijgewoond de Godsdienstige vergadering ten huize van Freerk Jans Hekma gehouden des voormiddags op zondag den 5 dezer maand;
dat er hem geene voorafgaande aankondiging dezer gehoudene vergadering bekend was maar dat hij comparant er was heengegaan als wetende dat er gewoonlijk des zondags dergelijke bijeenkomsten aldaar plaats hadden.
Dat de vergadering was begonnen des voormiddags te negen uren en geeindigd ongeveer te half twaalf uren.
Dat er was gezongen en wijders voorgelezen.
Dat ouderlingen, en aldaar tegenwoordig geweest, waren Freerk Jans Hekma en Hidde Pieters van der Kooi,
dat er geene diakenen waren tegenwoordig geweest en eindelijk dat een kopje op de tafel had gestaan waarin door de aanwezigen liefdegaven waren gegeven.
En heeft de comparant deze zijne verklaring nadat hem deze was voorgelezen alhier getekend.
(getekend) D. Hoeksema
___________________________________________________________
13-06-1836
Eindelijk is als voren gecompareerd: Luitje Ulferts Wiersum veldwachter onzer Gemeente die verklaarde niet in staat te zijn ten aanzien van de bedoelde vergadering eenige meerdere of mindere ophelderingen te geven dan die welke bereids ter onzer kennis waren gebragt bij zijn rapport van den zesden dezer maand;
en heeft alhier na voorlezing getekend.
(getekend) L.U. Wiersum
Hiermede hebben wij dit verhoor geëindigd, en dit Proces Verbaal gesloten en getekend op tijd als in den beginne vermeld,(getekend) Van Starkenborgh Stachouwer.
___________________________________________________________ |
Naar Kerkhof graf 27 Freerk Jans Hekma