___________________________________________________________ |
05-02-1800 Henricus Cleveringa
Verkoper: Wrister Jans Boijkema en Aafke Gabriels
Koper: Fredericus Snethlage en Enne Geerts Adres:
Koopsom: f 3.389,00
Grootte: 31 ½ jukken
Beklemhuur: 110 car. gulden
Eigenaar grond: Evert Egberts
___________________________________________________________ |
Copia
Henricus Cleveringa Rechter van Leens, Certificeere: dat persoonlijk voor mij zijn gecompareerd Wrister Jans Boijkema en Aafke Gabriels ehelieden woonagtig te Hornhuizen. Dewelke bekenden en beleden, stedevast en onherroepelijk verkogt en overgedragen te hebben aan
den Heer Fredericus Snethlage pred: te Leens en Juffrouw Aaltien Bavinge, ehelieden, voor de helfte
benevens Enne Geerts en Geertje Harms ehelieden mede te Leens voor de andere helft
(:welke koperen mede voor mij Compareerden, en dezen alzo accepteerden:)
der verkoperen Boerenplaatsje met de vaste en altoosduurende Beklemminge van 31 ½ Jukken Groen en bouwland, staande en gelegen en gelegen onder Leen, doende voornoemde 31 ½ Jukken land aan Evert Egberts ’s jaarlijks, tot vaste huur 100 Car. Gulden waarvan het eerste jaar hure op midw 1799 ten laste der kopers is verschenen geweest, en nu zo vervolgens jaarlijks.
Voorts met alles wat aan de behuizinge aard, spijker en nagelvast is; met dak deuren vensteers steen en pannen los en vast, ook met alle heggen en geboomten die op het heem en landerijen zijn bevonden, als mede de uitgezaaide winterboute, en de donge of mis.
Wijders de Landerijen zo groot en klein, goed en kwaad, als dezelve in einden en zwetten zijn gelegen, zonder de mate er op te gedogen, benevens derzelver Lusten en Lasten die er op zijn en nog opgelegt mogten worden, dat alles zo en in dier voegen, als door verkopers met aankoopsbrieven kan worden verdedigt, en zoo als het zelve door kopers met genoegen reeds is aangevaard, is alzo verkocht voor een Summa van Drie duizend drie honderd en zesentagtentig Car gulden, van welke f 3386 Guldens kooppenningen de verkopers bekenden van de kopers ontvangen te hebben de geregte hlfscheid ter Summa van Eenduizend zes honderd en drie en negentig Car: guldens. Waar voor in zo verre quiteerden. Voorts beloovende de kopers de resterende halfscheid ter gelijke Summa van 1693 Car gulden in twee egale termijnen te zullen betalen als op 1o Maij 1800, en 1o Maij 1801 zijn de telkens een Summa van Agthonderd en zes en veerig Car: guldens en tien stuivers. Waarmede alsdan het gehele Koopschat zal zijn voldaan, blijvende egter het verkogte aan de verkopers eigen en onverlaten, tertijd van volle betaling, maar voor de kopers, gelijk ook de verkopers voor de vrije en onbezwaarde leverantie van ’t verkochte elkander wederzijds ten onderpand stelden alle hunne hebbende en verkrijgende goederen gene uitgezonderd. Dit alles met onderwerpinge aan alle Hoge en Lage Regten en Gerichten en diens parate reale executie onder afstand van alle tegenstrijdige en exceptien. In oirkonde der waarheid en tot vestenisse dezes heb ik Richter opgemeld dezen op der Comparanten verzoek en belijenge met mijn gewoon Zegul en Naams Subscriptie gecorroboreerd in het Jaar onzes HEERN agttien honderd op den vijfden Februarij 1800
(:was get:)
H: Cleveringa Richter
De originele dezes was op fransijn geschreven en met een Zegul van groen wasse bevestigt.
___________________________________________________________ |
Naar Boerderij “Achter Börg”