27-08-1949: Muizenschade in Z.O.-Friesland

___________________________________________________________

27-08-1949 Leeuwarder Courant, zaterdag
Overvloedige graanoogst geeft bijna te veel werk
Muizenschade in Z.O.-Friesland
In verband met de stand der landbouwgewassen op 15 Augustus j.l. wordt o.m. medegedeeld, dat muizenschade thans alleen nog voorkomt op de veengraslanden in Z.O. Friesland.
Voorts wordt gemeld dat tengevolge van onweersbuiten verscheidene zware graanpercelen zijn gaan legeren, wat ‘t maaien sterk bemoeilijkt. In sommige streken kan men het oogstwerk bijna niet aan, daar, mede tengevolge van de droogte, de afrijping der granen sterk is versneld.
De standcijfers der granen zijn in alle gevallen belangrijk hoger dan de tienjaarlijkse gemiddelden en — met uitzondering van de rogge — ook hoger dan de Augustus-cijfers van het vorige jaar. In het algemeen hebben de granen hoge stroopbrengsten. De stand van het mais blijft matig. De schade, die dit gewas in het begin van de groeiperiode leed, zal het niet meer te boven komen. De stand van de peulvruchten Is goed. De veldbonen, die plaatselijk hebben geleden door harde wind en hagel hebben het standcijfer van de vorige maand weten te handhaven. De luizen, die de zaadvorming soms, vrij sterk belemmerden, zijn grotendeels verdwenen; er wordt een vrij goede opbrengst verwacht. De erwten zijn geoogst en de eerste dorsresultaten zijn gunstig; de stroopbrengsten zijn eveneens goed. De verbetering in de weersomstandigheden deed de stand van de stambonen boven het tienjaarlijks gemiddelde uitkomen en ook boven die van het vorige jaar. De achterstand in de ontwikkeling tengevolge van de ongunstige weersomstandigheden in het begin der groeiperiode is echter niet meer in te halen. Het vlas is geoogst: in Groningen komt op dit gewas vrij veel roest voor. In Zeeland is het resultaat uitstekend. Het koolzaad is ook reeds geoogst. De teruggang van het standcijfer is een gevolg van de enigszins tegenvallende dorsresultaten. De stand van het blauwmaanzaad wordt iets minder gunstig beoordeeld dan in de vorige maand. De opbrengsten van karwijzaad zijn uitstekend De stand van ‘t klaverzaad is vrij goed. Met de knol- en wortelgewassen staat het er iets minder gunstig voor, hoewel ten aanzien van de vorige maand hier en daar verbetering valt te bespeuren.

Aardappelen en suikerbieten
De consumptie-aardappelen hebben veel van de droogte geleden. De aantasting door phytophora breidt zich op verschillende percelen, uit, waardoor het loof vroegtijdig afsterft en de knollen klein blijven. Bij de late rassen komt, veel „doorwas” voor.
De stand van de fabrieksaardappelen is belangrijk beter, omdat in de gebieden waar dit gewas geteeld werd, gemiddeld minder schade van de droogte is ondervonden. Bij de suikerbieten is het watertekort in verschillende gebieden nog niet opgeheven. De regens deden weliswaar de luizen verdwijnen doch de vergelingsziekte breidt zich op verschillende percelen uit; de gemiddelde stand is echter goed.
Het weiland, dat in vele streken sterk van de droogte heeft geleden, is zich aan het herstellen; mede door het beschikbaar komen van de naweiden is in de meeste streken voldoende — in sommige gevallen zelfs volop — weidegras voor het vee aanwezig. De ontwikkeling van klavers en lucerne is door de droogte sterk geremd. De opbrengst van de tweede snede is gering. Het standcijfer ligt beneden de cijfers van het vorig jaar en ook beneden het tienjaarlijkse gemiddelde.

___________________________________________________________

Naar Muizenschade Lauwersmeer