23-07-1823 Openbare Verkoop Boerderij “Achter Börg” door de Erven Vork-Cleveringa

___________________________________________________________

1822: Kaart van de Borg Verhildersum; bij de boerderij “Achter Börg” staat: Plaats van de Hr J. Vork

Boerderij “Achter Börg“, Schaapweg 1, Leens
Tussen de “Borg Verhildersum” en de boerderij “Achter Börg” werd later de spoorlijn van Winsum naar Zoutkamp aangelegd. Het tracé van deze spoorlijn werd later de huidige provinciale weg.


Achter Börg“, Hisgis Kadaster 1832

___________________________________________________________

23-07-1823 notaris H. H. Brongers repertorium nummer 211 

In den jaare achttien honderd drie en twintig op Woensdag den drie en twintigsten Julij des nadenmiddags om vier uur ten huize van den deurwaarder W. Wolthuis te Leens, tijd en plaats voor nagenoemde werkzaamheden bestemd. 

Ten verzoeke van Derk Jacobs Vork, landbouwer, wonende te Leens, hier present als beneficiaire erfgenaam van wijlen zijne ouders Jacob Jans Vork en Duurke Derks Clevering, in leven Ehelieden, landbouwers gewoond hebbende te Leens. 

In tegenwoordigheid van Jan Pieters Vork landbouwer te Zuurdijk en Freerk Derks Cleveringa, landbouwer te Adorp woonagtig, als voogd en toeziend voogd over de twee minderjarigen Jan en Pieter Jakobs Vork, volle broeders van den requirant.
Ten overstaan van Mr Jean Francois van Iddekinge Vrederegter van het Canton Winsum, geadsisteerd met deszelfs Griffier den Heer Geuchien Bartelts Hopma, beide present. 

Achtervolgens dispositie van de Regtbank van eersten aanleg zitting houdende te Appingedam van den tienden Julij jongstleden, waarvan een expeditie behoorlijk geregistreerd bij de munute is gevoegd.  

Zijn wij Mr Henrik Hagenouw Brongers openbaar Notaris residerende te Winsum, hoofdplaats van het Canton van dien naam Kwartier Appingedam Provincie Groningen ten presentie van nagenoemde getuigen overgegaan tot de publieke veiling en adjudicatie van 

eene Boerenplaats, zijnde eene behuizinge geteekend No 133, met de vaste beklemming van een en dertig en een halve jukken, of plus minus vijftien en drie vierde bunders land, tot huur doende aan de weduwe Evert Egberts Schuringa te Mensingeweer des jaars op Midwinter honderd guldens, staande en gelegen te Leens in ’t kwartier Appingedam voornoemd,
zwettende
ten noorden aan Jan Harms Wieringa, Hendrik Kooi en Kornelis Scheltens, ten oosten de weduwe Jan Abeelis
ten zuiden aan dezelve en den Heer van Bolhuis, benevens Tonnis Jans van Dijk, en
ten westen aan de weduwe Henricus Warendorp en Jan Harms. 

En hebben wij vooraf aan de present zijnde menigte en gegadigden voorgelzen de Conditien voor dezen verkoop vastgesteld bestaande in de volgende artikelen.
Art 1. In dezen verkoop zijn niet begrepen eenige meubelen, vee, beslag of roerende goederen – alleen de behuizinge met annexis het losse balkhout en de tijlings in de bedsteden, de mest en de schutten en wringen op het land worden bij de plaats en landerijen overgedragen.
En voorts alles met lusten en lasten, regten en servituten zonder eenige uitzondering, in voegen laatst bij Duurke Derks Cleveringa is bezeten, verklaarde de verkoper niet gehouden zijn ter zake van den staat der behuizinge of grootte en belending der landerijen, als wordende koper gehouden zich deswegens te hebben geinformeerd.
art 2. De aanvaarding zal zijn van het huis, de tuin, het weideland, etgroen en de zomervalg op eerstkomenden maand en van de bouwlanden zodra dezelve van de vrugten zullen zijn ontbloot, zullende de lasten beginnen te lopen voor rekening van den koper van den eersten der naastkomende maand Augustus.
art 3. De betaling der koopprijs zal geschieden in twee gelijke termijnen op den eersten November dezes jaars en op den eersten Mei achttien honderd vier en twintig telkens de geregte halfscheid, reserverende de verkoper het privilege van de Wet op het verkogte tot aan de finale en volledige betaling toe.
art 4. De koper betaalt boven de koopprijs de kosten door den Requirant aangewend bij de Regtbank van dit Kwartier om tot den verkoop te geraken, de kosten wegens vacatien van het Vredegeregt en salarissen en verschotten van de Notaris voor dezen verkoop staande, en gemodereerde declaratie door Mijn Heer den President bij de Regtbank van dit Kwartier; moetende echter de Registratie betaald worden aan ons ondergetekende Notaris, inwendig tien dagen na heden tegens quitantie.
art 5. Het lopend jaar landhuur aan den eigenaar verschuldigd is boven den koopprijs ten laste van den koper. 

En is hierop na successieve veilingen en verhogingen van botten eindelijk hoogste bieder gebleven en tot koper verklaard die zulks heeft aangenomen Derk Jacobs Vork, landbouwer, wonende te Leens, voor eene som van vierduizend en vierhonderd guldens, behorende aan hem koper zelve een derde gedeelte van het verkochte. En heeft dezelve na voorlezing hier getekend.
D J Vork
Van al het welk wij dit Proces verbaal hebben opgemaakt en voorgelezen.
Gedaan en gepasseerd ten huize van W. Wolthuis voornoemd op dag maand en jaar voorschreven, ten bijzijn van Onno Willems Wolthuis te Leens en Freerk de Vries te Winsum woonagtig als getuigen die deze met de Requirant, de voogden, den Heer Vrederegter en Griffier alle opgemeld, nevens ons Notaris hebben getekend. 

___________________________________________________________

Naar 29-05-1824 geldlening door Jan Pieters Vork
Naar Kinderen Jacob Jans Vork x Duurke Derks Cleveringa