30-11-1756: Aankoop Jurjen Greben en Antje Jans Woning No 8 Winsum

___________________________________________________________

Pyrrhus Wilhelmus Baron van Sytzama Heer van Beslinga State te Friens. de Hofstede te Heemse, Vellingeroesch(?) etc: Tot Winsum Bellingeweer Obergum Saaxumhuijsen Lutke Saaxum Maarslag Half Mensingeweer Cloosterburen Cum annexis, Jonker ende Hovelingh Erfschepper van de Winsumer en Schaphalster Zijlen Mede Gedeputeerde in de Vergadering van Staat Hoogmogende de Heeren Staten Generaal der Verenigde Nederlanden etc: etc:
Certificere kragt desen Openen Versegelden brieve dat persoonlijk voor mij gecompareert en Erschenen zijn
de E. Sirp Hoexum en Christina Herdenberg Ehel: woonagtig tot Winsum
Deselve bekenden en beleden voor haar en hare Erfgenamen in Een Stede vasten onwederroepelijken Koop verkoft gecedeert en overgedragen te hebben
an de E. Jurjen Greben en Antie Jans Ehel: mede Woonagtig te Winsum haarre
behuijsinghe staende en gelegen te Winsum an de Heerestraat
zoo reets op maij 1756 bij de Koperen is angevaart met Deuren en Vensters Steenen en pannen Los en Vast, alle losse breden staande plate, Hegen geboomte en plantagien, met zijn Lusten en Lasten zoo als de verkoperen konnen verdedigen staende op Statsgrond
met het hofke der agter doende tot Grondpagt jaarlijks Twee Cars guls waar van de verkoperen Een guldn en de koperen een guldn moeten betalen, zijnde
geswettet
ten Noorden en Oosten de verkoperen
Zuijden de Heer Oud Secrt: Bas en
ten Westen de Heere Straat,
sullen de koperen de Grond of hofke bij dese gekofte behuijsinge voor haar gebruijk hebben,
Lijnregt van de Zuijder muire van de van de verkopers huis tot an
de Ooster Swette zoo verre dit hofke bij dese gekofte behuijsinge ziguitstrekt,
Edog blijft de gank tusschen de huisen mandeelig elk half en half en den put en tegen watersbak ook met de verkoperen mandeelig
Welke put onder het huis van den verkoperen is, en zoo an de pijp daar de koperen voor haar het water door bekomen moet gemaakt of gerepareert worden dan hebben de koperen de vrijheijd om de pijp tot onder de behuisinge van de verkoperen na te gaan en daar an te doen dat noodig moet gedaan worden mits het opgebrokene zoo en in die staat brengen als voor het opbreken hebben bevonden, alles op haar eijgen kosten mede hebben mede hebben de koperen vrijheid agter des Verkopers huis te mogen uitgaan en ingaan met haar goederen naar de kreupel gank als het haar welgevalt en het sesjarig geschenk is en blijft tot last van de koperen zonder dat de verkoperen daar jeets tot haar Laste hebben, en dit alles verkoft voor de Somma van driehondert: Car gulds segge 300. Car: gls dat de Coperen zoo mede Compareerden en dese koop accepteerden beloven en annemen om in drie Termijnen te betalen als op maij 1756. Bij het anvaerden en van dese gekofte behuijsinge de Geregte helfte ter somma Een hondert vijftig Car: gulds van welke Eerste Termijn de verkoperen bekennen Een hondert Car gulds ontvangen te hebben, en van de Restante vijftig Car gulds nemen de koperen an na vier percento rente te betalen, en op anstaende maij 1757 de somma van 75 Car: gulds en op maij 1758. mede de somma van de somma van 75 Car: gulds waar mede het Coopschat als dan ten volle zal zijn voldaan en betaeld, stellende zij koperen voor de restante Coopschats penn: Ten onderpande alle haare reets hebbende en nog toekomende goederen geene exemt, en in Cas van wanbetalinge haar de parate reale Executie Submitteren daar en Tegens nemen de verkoperen an het verkofte vrij te Leveren Wagten en waren voor alle actien en anspraken zoo voor dato deses koops op het verkofte mogten zijn gelegt, onder gelijke verband en submissie alsvoren, nog sal het verkofte des verkopers vrij Eijgen en onverallioneert goed zijn en verblijven tot dat den Laasten met der Eersten penn: van het Coopschat ten vollen sal zijn betaald alles sonder arg ofte list
in oirkonde der Waarheijd en Vestenis deses heb ik Heer van Bellingeweer etc: opgemelt desen met mijn Angeboren Adelijk Zegul en Naams onderschrijvinge bevestigt in den jare 17hondert zes en vijftig den dartigsten November 1756.
P.W.van Sytzama

Op dese binnengeschreven Driehondert Car: gls Coopschats penn: is ons ondergeschreven door de E: Jurjen Greben, en Antje Jans Ehel: betaalt de Somma van Eenhondert Car: gls doende mits desen in soo verre quiteren
Actum Winsum den 11den maij 1756
Sirp Hoexum Christijna Herdenbergh

Dese binnen staande nog Restante Somma a twee hondert Car: Guldens Coopschats penn: is ons onder geschreven door de E: Gerhart Martens Mulder en Stijntien Jacobs Tempel Ehelieden te Winsum ten vollen opgeschoten en betaald, ter halven Sedeeren en Transporteeren wij vandeselve onsen Regt van desen Sonder Eenige reserve.
Actum winsum de 31ste Januari 1757
Sirp Hoexum Christijna Herdenbergh

Dese binnen Staande Soma is voldaan Den 23 Maij Seventien Hondert Een en neegentig met de Rente is ons voldaan
Per order
Gerard: M Muller

___________________________________________________________

Naar Winsum Woning met numero 8 | thans Hoofdstraat W 27