14-12-1835 Openbare verkoop registergoederen nalatenschap Middendorp-Cleveringa

___________________________________________________________

14-12-1835 Openbare verkoop notaris H. van Bolhuis aktenummer 4136


Luchtfoto Leens 1952 (Beeldbank Groningen)

___________________________________________________________

In het jaar achttienhonderd vijf en dertig, den veertienden van de maand December, des voordemiddags te tien uren, ten huize van den deurwaarder Willem Wolthuis te Leens, compareerde voor ons ondergeteekende Meester Hendrik van Bolhuis, openbaar notaris, residerende te Leens, gemeente van dien naam, Kanton Winsum, Kwartier Appingedam, provincie Groningen, in tegenwoordigheid der hiernagenoemde en mede ondergeteekende getuigen, de Heer Derk Jans Hoen, deurwaarder bij het Vredegeregt van het kanton Hoogezand, wonende te Hoogezand, wonende te Hoogezand, in dezelfde kwaliteit van voogd over Wobbina Arendina Middendorp, en Rudolph Middendorp, beide minderjarige kinderen en eenige erfgenamen van wijlen den Heer Herman Adriani Middendorp en Mejufvrouw Ella Catharina Cleveringa, in leven ehelieden, gewoond hebbende te Leens, – dewelke comparant verklaarde, tengevolge een familiebesluit, gehouden onder voorzitting van den Heer Vrederegter van het Kanton Winsum, volgens het daarvan opgemaakt proces-verbaal, de dato veertien October achttienhonderd vijf en dertig behoorlijk geregistreerd, en gehomologeerd door de regtbank van eersten aanleg, zitting houdende te Appingedam, bij dispositie van den een dertigsten October daar aanvolgende, van welk allen eene behoorlijk geregistreerde expeditie hierbij is vertoond en dadelijk teruggegeven, – te hebben doen publiek maken voornemens te zijn heden, uur en plaats voorschreven, – ten overstaan van den Heer Meester Anthonius Beckeringh, Vrederegter van het kanton Winsum, wonende op Saaxumborg, onder Baflo, geadsisteerd met deszelfs griffier den Heer Geuchien Bartelds Hopma, wonende te Winsum,
en ten bijwezen van Ewoldt Everts Holtman, kleêrmaker, wonende te Leens in kwaliteit als toeziend voogd over gemelde twee minderjarige kinderen; allen hierbij present, – te veilen en indien daartoe termen zijn te verkopen de navolgende goederen als:

Numero een: Een Heeren behuizinge, geteekend numero een, voorzien van diverse beneden- en bovenvertrekken, keuken, kelder, put en regenwaterbak, met schuur en stalling, benevens de verdere getimmerten; staande aan de straat te Leens, Kanton Winsum, Kwartier Appingedam, provincie Groningen; in den perceelsgewijzen kadastralen legger bekend onder Sectie A, numero 105
Numero twee: Den vollen eigendom van den grond en tuin, hiervoren bij perceel numero een genoemd en waarop de daarbij gemelde behuizing is staande, gelegen te Leens, en in den perceelsgewijzen kadastralen legger bekend onder Sectie A, numero 105
Zijnde de voorschreven beide percelen, tezamen, door den Heer Herman Adriani Middendorp, voor zich en namens derzelfs echtgenoote Mejufvrouw Ella Catharina Cleveringa voornoemd, aangekocht bij authentieke acte, gepasseerd voor ons notaris, in presentie van getuigen, den dertienden Januarij achttienhonderd zeven en twintig, behoorlijk geregistreerd, waarvan aan den Comparant geene overschrijving ten kantore van hijpotheken bekend is.
Numero drie: Eene Heeren behuizing geteekend numero twee, voorzien van diverse vertrekken en eene groote schuur, met verdere daarbij staande getimmerten; staande aan de straat te Leens, Kanton, Kwartier, provincie als boven; in den perceelsgewijzen kadastralen legger bekend onder Sectie A, numero 106
Perceel vier: Den vollen eigendom van den grond bij perceel numero drie genoemd, waarop de daarbij gemelde behuizing en schuur zijn staande, alsmede van eenen tuin, onmiddellijk aan evengenoemde grond gelegen, mede te Leens, en in den perceelsgewijzen kadastralen legger bekend onder Sectie A, nummers 106 en 107.

 Sectie A 105 (het doktershuis) en 106/107 (in dit huis heeft de Ontvanger der Rijksbelastingen Arien Jakobus Van Drongelen gewoond)

Zijnde de twee laatstgemelde percelen, tezamen, aan (nu wijlen) Mejuffrouw Ella Catharina Cleveringa, vrouw van en gesterkt met haren eheman (nu wijlen) den Heer Herman Adriani Middendorp voornoemd, toegedeeld bij authentieke acte van scheiding, gepasseerd voor ons notaris, in presentie van getuigen, den vierden December achttienhonderd zes en twintig, behoorlijk geregistreerd, waarvan aan den Comparant geene overschrijving ten kantore van hijpotheken bekend is.
Numero vijf: De vaste en altoosdurende beklemming van een tuin of appelhof, (de zuidertuin genaamd) met een daarin staand zomerhuis en boomgaard, doende jaarlijks op Midwinter aan den Hoog Welgeboren Heer Jonkheer van Starkenborgh Stachouwer, te Wehe, tot vaste huur de som van f 5; gelegen te Leens, Kanton, Kwartier, provincie als boven; in den perceelsgewijzen kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummers 155 en 160.
Door den Heer Herman Adriani Middendorp, voor zich en namens derzelfs echtgenoote Mejufvrouw Ella Catharina Cleveringa voornoemd, aangekocht bij de authentieke acte van den dertienden Januarij achttienhonderd zeven en twintig, behoorlijk geregistreerd, voor ons notaris, in presentie van getuigen gepasseerd en hiervoren achter perceel numero twee aangehaald.
Numero zes: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij Jan Lubberts van der Maar en vrouw aldaar onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van drie guldens; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 134.
Numero zeven: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij de erven Melis Sikkes van der Laan aldaar, onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van drie guldens; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 135.
Numero acht: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij de weduwe Eppe Geerts Kantelaar aldaar, onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van een gulden vijftig centen; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 136.
Numero negen: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij Renne Pieters Oostenrijk aldaar, onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van een gulden vijftig centen; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 137.
Numero 10: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij de weduwe Jan Ammeraal aldaar, onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van twee guldens; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 138.
Numero elf: Den eigendom van eene behuisde heemstede, gelegen te Leens, bij Johannes Pheifer en vrouw aldaar, onder beklemming wordende gebruikt voor eene jaarlijksche huur van twee guldens; in den kadastralen legger bekend onder Sectie B, nummer 139.

Welke zes eigendommen, onder de percelen numero zes, zeven, acht, negen, tien en elf vermeld door den Heer Herman Adriani Middendorp, zijn aangekocht bij authentieke acte, gepasseerd voor ons notaris, in preventie van getuigen, den negentwintigsten December achttienhonderd zes en twintig, behoorlijk geregistreerd, waarvan aan den Comparant geene overschrijving ten kantore van hijpotheken bekend is.

Tot verkoop der voorschreven goederen, heeft den comparant opgegeven de navolgende bedingen en voorwaarden, welke nevens den aanvang van dit proces verbaal, door ons aan de te zamen gekomene menigte zijn voorgelezen:
Artikel een. Voorschreven goederen zullen worden verkocht in dien staat, zoo als dezelve zich ten dage van verkoop bevinden, zoo groot en klein, goed en kwaad, als dezelve in hun einden en zwetten zijn gelegen zonder wegens den staat der gebouwen of misstelling van kadastrale nummers aanspraakbaar te willen zijn, wijders alles met alle lusten, lasten, servituten en zwarigheden, daarop liggende of gelegd wordende, zoowel ordinaire als extra ordinaire, zigtbare of onzigtbare, genoemde of ongenoemde, zonder eenige uitzondering, invoege dezelve door verkooper worden bezeten en met de hiervoren gemelde titels van aankomst en wettig bezit verdedigd kunne worden.
Artikel twee. De verkooper reserveert aan zich de magt en vrijheid, om in de eerste plaats de vier eerst genoemde percelen in twee percelen te veilen, en wel hoorde tezamen trekking van de percelen numero een en numero twee tot één perceel, en van de percelen numero drie en numero vier tot één perceel;
alsmede, om vervolgens, nadat die percelen, als zoodanig ter zamen getrokken, en na diverse veilingen zijn gepresenteerd, en de daarvoor gebodene sommen den verkooper provisioneel niet genoegzaam zijn, ieder dezer vier percelen afzonderlijk, zooals dezelve bij hunne nummers staan gespecificeerd, ter verkoop te presenteren; in welk laatste geval de perceelen numero een en numero drie, zijnde de beide Heeren behuizingen met der zelver schuren, in gevalle van toeslag, op afbraak worden verkocht; blijvende niettemin ieder bieder, in welk geval van veiling ook, gedurende twee uren na afloop de laatste veiling voor zijn gedaan bot verbonden.
Artikel drie. Geene losse goederen van welken naam of aard ook, zullen in den verkoop begrepen zijn, wordende speciaal uitbedongen en niet mede verkocht eenige kasten, op den zolder van de behuizinge numero een vermeld, zich bevindende, zullende alles wat van dezelve vast mogt zijn, voor los gerekend worden.
Artikel vier. De aanvaarding zal zijn van de tuinen en eigendommen op den twaalfden Maart achttienhonderd zes en dertig, en van de gebouwen met den grond waarop dezelve staan op den eersten Mei daaraanvolgende, zullende de huren en geschenken, welke ten behoeve van het perceel numero’s tot en met perceel numero elf, na den dag van aanvaarding mogten komen te vervallen, ten voordeele van de koopers van die percelen zijn; niet tegenstaande zullen echter de koopers van de grond, waarop de gebouwen zijn staande, ingeval van verkoop op afbraak derzelve, gehouden zijn, om aan de koopers dier gebouwen vrijheid te laten tot het verrigten der afbraak op dien grond tot den eersten September achttienhonderd zes en dertig, en aan hun genoegzame ruimte op het heem en in den tuin moeten overlaten tot berging der afbraak; welke afbraak voor of uiterlijk op gemeld tijdstip zal moeten zijn vervoerd en weggeruimd; terwijl bij gebreke daarvan, al het alsdan daar nog gevonden wordende, gerekend zal worden toe te behooren aan de koopers van de ondergronden.
Artikel vijf. Alle belastingen van welken naam of aard ook, op het verkochte, leggende of daarop gelegd wordende, zullen, te rekenen vanaf den eersten Januarij eerstkomende, door de koopers, ieder betrekkelijk het door hem gekochte moeten gedragen en voldaan; zullende de koopers der gebouwen, ingevalle van afbraak, verpligt zijn, ten aanzien der directe belastingen of zogenaamde verponding, zich naar ’s lands wetten te reguleren.
Artikel zes. De betaling der kooppenningen moet geschieden in klinkende, gangbare, Nederlansche muntspecien, in twee egale termijnen, op den eerste Mei achttienhonderd zes en dertig, en den eersten Mei achttienhonderd zeven en dertig, met bijbetaling van vijf procento interest over een jaar gerekend wegens het laatste termijn; ten ware echter dat de gebouwen sub numero een en numero drie op afbraak mogten worden verkocht, alsdan zullen de koopers van die percelen het laatste termijn van derzelver koopprijs op den eersten November achttienhonderd zes en dertig moeten betalen, zonder bijbetaling van interest. Blijvende niettemin, tot aan de geheele voldoening der kooppenningen, de verkochte goederen speciaal ten behoeve van den verkoooper, bij privilegie ten dien einde expresselijk voorbehouden, verbonden als naar de wet; en zal, ingeval de koopers het gekochte van privilegien en oningeschreven hijpotheken willen zuiveren, zulks op hunnen eigene kosten moeten doen, zonder hiervoor iets aan den koopprijs te kunnen korten.
Artikel zeven. Ieder bieder of kooper zal gehouden zijn, bij den finalen toeslag, desgevraagd wordende, ten genoegen van verkooper, zelfschuldige borg te stellen; bij gebreke waarvan die geene, welke daaraan dadelijk niet kan voldoen, gerekend zal worden niet te hebben geboden, en alzoo elk bieder gehouden wordt afstand te doen van het bepaalde bij artikel zeven honderd en zeven van het Wetboek van burgerlijke regtspleging, in zoo verre, dat de verkooper aan zich de magt behoudt, moge iedereen bieder naar goedvinden te kunnen terug tasten, die alle tot twee uren na afloop der laatste veiling voor hunne gedane botten verbonden blijven. Mede worden dezelve gehouden, afstand te doen van de magt, om door teruggave van het dubbele strijkgeld zich van zijn bot te kunnen ontslagen.
Artikel acht. Alle kosten en salarissen, over dezen verkoop aangewend of voorvallende, daaronder begrepen die van het publiek maken, de kosten van de gehoudene familieraad, alsmede de kosten bij de regtbank te Appingedam ter bekoring van homologatie, en de vacatien van het Vredegeregt, te zamen begroot op zes en zes gulden; voorts de kosten van registratie, transcriptie, zegels, grossen en expeditien, met die van uitveiling en het honorarium van den notaris, en wel het laatste op eene getauxeerde declaratie van Mijnheer den president van de regtbank te Appingedam zullen ten laste van koopers gebragt worden en door hen, ieder pro rato van zijn gekochte, inwendig acht dagen na heden moeten worden voldaan aan handen en op kwitantie van den notaris die over dezen verkoop staat; ten ware echter dat de behuizingen en schuren sub numero een en numero drie vermeld, op afbraak mogten worden verkocht, in welk geval de verkooper alle kosten betrekkelijk deze beide perceelen voor zijne eigene rekening behoudt, doch waartegen de koopers van die twee percelen, mede binnen acht dagen na heden, aan handen en op kwitantie van den notaris die over dezen verkoop staat, zullen moeten betalen vijf procento van den koopprijs dezer twee percelen. De kosten van strijkgeld en de vertering, van wegen de verkooper gemaakt wordende, blijven in allen gevalle voor zijne eigene rekening.
Artikel negen. De verkooper reserveert aan zich diverse malen te veilen, en wat de voet en wijze betreft, zich refererende tot artikel twee der voorschrevene bedingen en voorwaarden; alsmede, om na afloop der laatste veiling nog een groot uur beraad te houden, of hij het gepresenteerde geheel of ten deel wil toeslagen of intrekken.

Hierna requireerde de comparant tot de veiling en verkoop over te gaan, en nadat als toen diverse veilingen en opbiedingen hadden plaats gehad, is van de perceelen numero een en numero twee in massa, hoogsten bieder geweest en tot kooper verklaard voor de som van een duizend vier honderd vijf en twintig gulden, Eisse Kremer, aannemer van publieke werken, wonende te Groningen voor welk bot deze twee percelen in massa aan dezelven zijn toegeslagen geworden, die dezelve voor evengenoemde prijs accepteerde en na voorlezing hier ter plaatse heeft geteekend.
[E. Kremer]

Daarna zijn de percelen numero drie en numero vier in massa gepresenteerd, en is alstoen, na diverse veilingen en opbiedingen, voor deze beide percelen het hoogst en laatst geboden eene som van een duizend en negenhonderd zestig gulden, en wel door Jan Arends Blink, landbouwer, wonende te Leens, voor welk bod deze twee perceelen in massa aan hem zijn toegeslagen, die dezelve als zoodanig daarvoor accepteerde en na voorlezing hier ter plaatse heeft geteekend.
[JABlink]

Vervolgens is het perceel numero vijf geveild, en is daarvoor, na diverse veilingen en opbiedingen, het hoogst en laatst geboden eene som van drie honderd en twintig gulden, door Jan Jans Rietema, koopman, wonende te Leens, voor welk bod gemeld perceel aan den zelven is toegeslagen, die verklaarde hetzelve voor zich en namens derzelfs echtgenoote Elisabeth Lubberts Kuipers in koop te accepteren, en na voorlezing hier ter plaatse heeft geteekend.
[J: J: Rietema]

Eindelijk zijn de zes laatste perceelen hiervoor sub numero’s zes, zeven, acht, negen, tien en elf gepresenteerd, en is, na diverse veilingen en opbiedingen en na te zamen trekking dezer zes perceelen, voor dezelve, in massa, het hoogst en laatst geboden eene som van eenhonderd zestien gulden en vijftig centen, door Freerk de Vries, deurwaarder, wonende te Obergum, voor welk bod gemelde zes perceelen aan denzelven zijn toegeslagen, die verklaarde dezelve daarvoor in koop aantenemenen na voorlezing hier ter plaatse heeft geteekend.
[F de Vries]

Van al hetwelk dit proces-verbaal is opgemaakt en voorgelezen. 
Gedaan en gepasseerd op plaats, dag, maand, en jaar voorschreven, in tegenwoordigheid van Willem Wolthuis, deurwaarder, wonende te Leens, en van Luitje Ulferts Wiersum, veldwachter te Wehe, als getuigen ten dezen verzocht, die dit met den comparant, den toeziend voogd, den Heer Vrederegter en Griffier, nevens ons notaris hebben getekend.
[handtekeningen]

___________________________________________________________

Naar Bewoners en eigenaren te Leens
Naar Herman Adriani Middendorp en Ella Catharina Cleveringa