05-02-1953 S. L. Louwes door J. Nypels 

___________________________________________________________

05-02-1953 De Nieuwe Veldbode, donderdag
ONDER REDACTIE VAN J. NYPELS

Actualiteiten
Dr. ir. S. L. LOUWES †
Toen we eind November 1952 op het ministerie van landbouw in Den Haag naast dr. S. L. Louwes zaten, riepen we in zijn herinnering op het prachtige en voor de nieuwe landbouwpolitiek baanbrekende werk, door hem verricht als redacteur van het Overijssels Landbouwweekblad. 
Toen dachten we geen van beiden dat de taak van dr. Louwes dra zou worden afgesloten.
Het deed hem zichtbaar genoegen nog eens herinnerd te worden aan een tijd, dat onder hoogst ernstige landbouwcrisisomstandigheden zich een algehele omwenteling in onze landbouwpolitiek moest voltrekken en het de jonge landbouwingenieur Louwes, destijds secretaris van de Overijsselsche maatschappij van landbouw was, die er wekelijks de krachtigste en best gefundeerde argumenten voor leverde. 
Men moet die tijd hebben meegemaakt, om te weten, dat het destijds heus niet van een leien dakje is gegaan, dat er zeer sterke weerstanden te overwinnen waren. Geen wonder overigens, want het betekende een loslaten van een al jaren gevolgde, vast verankerde en ook logisch opgezette en consequent gevoerde landbouwpolitiek, die alleen in verband met de geheel gewijzigde omstandigheden niet langer gevolgd kón worden. 
Het plaatste echter tevens de Landbouw voor de noodzakelijkheid een nieuwe politiek op te bouwen en uit te voeren op een zodanige wijze, dat ze voor een niet al te welwillende buitenwacht, die zelf óók met grote crisismoeilijkheden te maken had, aanvaardbaar werd en die bovendien tot het gewenste doel zou leiden. 
 Wie toen S. L. Louwes week aan week aan het werk zag en genoot van dit eersterangs journalistieke werk, kreeg meteen de maat van wat deze Groninger boerenzoon vermocht. We herinneren ons slechts één analoog geval, nl. hoe Clemenceau indertijd in een ononderbroken reeks superieure artikelen over de Dreyfuszaak het pleit won en uiteindelijk de gehele wereld overtuigde van de juistheid van zijn standpunt. 
Zo werd, zoals ir. Geuze in het Zeeuws Landbouwblad getuigde, Stephan Louwes een leidinggevende figuur in de moeilijke crisisjaren, uiteindelijk als Regeringscommissaris voor de Akkerbouw en de Veehouderij. 
 Slechts een klein gedeelte van het Nederlandse volk zal weten of zich herinneren, wat het aan deze Louwes te danken heeft. In het laatste jaar van de bezetting was de Dienst van de Voedselvoorziening zowat de enige officiële dienst die nog behoorlijk functioneerde. 
Het kleine beetje voedsel dat in de hongerwinter op de bonnen tenminste nog voor allen beschikbaar kwam, werd door Louwes georganiseerd. Zijn, in ’t geheim verspreide, brief aan de leider van de Hauptabteilung Ernahrung und Landwirtschaft in Nederland Von der Wense getuigde van zijn onverschrokken karakter. 
Wat door Louwes en Hirschfeld in bezettingstijd gepresteerd is, kan niet hoog genoeg worden aangeslagen. 
Het steekt ver uit boven wat de heren in Londen, die betrekkelijk veilig zaten, al confererende en intrigerende voor ons toekomstig heil in elkaar trachtten te zetten.

Voor de boeren van Nederland heeft S. L. Louwes een nieuw landbouwbeleid opgebouwd. Talrijke regelingen, die diep in het boerenbedrijf hebben ingegrepen, maar het voor onherstelbare slagen hebben behoed, zijn aan zijn brein ontsproten. Als de Nederlandse landbouw vandaag, ondanks de oorlog en de daaruit voortvloeiende verarming, krachtiger dan ooit de taak kan volbrengen, die het belang van Nederland vereist, dan is het omdat de vaste grondslagen daartoe wel in de eerste plaats door S. L. Louwes gelegd zijn. 
Het LEI is ontstaan door het initiatief van H. D. en S. L. Louwes. De 20 % ondernemersbeloning was van „S. L.” afkomstig. 
Louwes was een man van grote lijnen, een keiharde Groninger, maar tevens één met een groot hart. Natuurlijk waren er wel eens bezwaren tegen bepaalde consequenties van zijn beleid. Maar hoe kon het anders? Is het al onder gewone omstandigheden ondoenlijk het iedereen naar de zin te maken, onder de allermoeilijkste omstandigheden, zoals wij sedert 1930 beleefd hebben, was het een onmogelijkheid, wilde men het gestelde doel bereiken, anders dan recht daarop aan te houden en bij de ingrijpende arbeid, die geleverd moest worden, zich niet in kleinigheden, zelfs niet in betrekkelijke grotigheden te verliezen. 
 We hebben het eens meegemaakt, dat S. L. Louwes voor een algemene vergadering van het Kon. Ned. Landbouw Comité de aanwezigen trachtte duidelijk te maken waarom het zó moest, niet anders kon, ongeacht alle risico’s, die men liep, ongeacht de kans op onwillekeurig ging ons deze gedachte uit de voldoende medewerking en op niet te voorziene factoren, die de beste bedoelingen konden doorkruisen. 
We zaten vlak bij hem en on-Faust van Goethe door het hoofd, die we op een papier schreven en hem toereikten:
Man durchstudiert 
die grosse und kleine Welt, 
um es am Ende geh’n zu lassen, 
wie’s Gott gefallt….
Na afloop zei hij ons: dat dichterswoord hang ik boven mijn schrijftafel. 
Uiteindelijk bepaalt niet de mens de ontwikkeling, maar hij kan toch door eerlijk en nauwgezet de hem geschonken gaven in te schakelen, zijn uiterste best doen om er ook onder de allermoeilijkste omstandigheden van te maken, wat er van te maken is. Dat heeft dr. ir. S. L. Louwes gedurende bijna een kwart eeuw gedaan. 
Na 1945 werkte hij een drietal jaren op internationaal terrein als verantwoordelijk hoofd van Europa voor de FAO en ook daar had hij het heus niet gemakkelijk, maar zijn allergrootste, ja onvergankelijke verdienste ligt toch in zijn werk voor de Voedselvoorziening en de Landbouw in Nederland. Daar heeft hij zijn stempel op gedrukt. 
In de annalen van de Nederlandse landbouw zal hij blijven voortleven als de grootste onder de landbouwkundigen, die de nog jonge Wageningse hogeschool tot dusver heeft afgeleverd. 
De universiteit benoemde hem tot doctor honoris causa en stempelde hem daarmede tevens tot de eerste landbouwingenieur van Nederland. 
Hij heeft de hem geschonken grote gaven op voorbeeldige wijze gebruikt. 
Velen zullen zich zijner nog vaak herinneren — vooral wanneer onze Landbouw weer voor moeilijke beslissingen zou worden gesteld.

Op dezelfde pagina:
FRISIA ZOMERGERST
het ras met de hoogste opbrengst!
Ruim 14 % mééropbrengst op klei en 15 % op zand!

Selectiebedrijf „Luidenburg” N.V.
Werfstr. 6 – Groningen Telefoon 29424 (K 5900)

___________________________________________________________


Naar Gebroeders Louwes