___________________________________________________________ |
Datum 29-12-1843, aktenummer 5624 notaris mr Hendrik van Bolhuis
In het jaar achttienhonderd drie en veertig, den negen en twintigsten van de maand December, des avonds te zes uren ten huize van den kastelein Ouwe Pieters van Duinen, te Zuurdijk,
Compareerden voor ons ondergetekende Meester Hendrik van Bolhuis, notaris, residerende te Leens, Gemeente van dien, in het Arrondissement Appingedam, provincie Groningen, in tegenwoordigheid der beide hierna genoemde en mede ondergeteekende getuigen:
Vooreerst. Tonnis Jans Dijkhuis, landbouwer, wonende te Zuurdijk,
Ten tweede. Menstje Pieters de Vries, echtgenoot van – en ten deze geautoriseerd en geadsisteerd door Geert Reints Wierenga, beide buiten bepaald beroep, mede te Zuurdijk woonachtig, en Jan Pieters de Vries, zonder beroep, wonende te Zuurdijk, laatstgemelde Comparanten als kinderen en eenige wettige representanten van derzelve moeder, wijlen Catharina Maria Dijkhuis, met Pieter Jakobs de Vries, in lleven beide te Sauwert woonachtig en aldaar overleden, in echte verwekt,
Ten derde. Margaretha Elisabeth Wolthuis, dienstmeid, wonende te Ulrum, en Albert Willems Wolthuis, buiten bepaald beroep, wonende te Leens, de laatste als voogd over Antje Jans Wolthuis, en Catharina Maria Wolthuis, beide nog minderjarig en – met en benevens derzelver evengemelde meerderjarige zuster (de Comparante Margaretha Elisabeth Wolthuis), als kinderen, te zamen eenige wettige representanten van wijlen Tjaarke Jans Dijkhuis, alle met Jan Willems Wolthuis, in leven te Leens woonachtig, in echte verwekt.
Zijnde de Comparant Tonnis Jans Dijkhuis en de nu overledenen Catharina Maria Dijkhuis en Tjaarke Jans Dijkhuis, voormeld, geweest kinderen van Jan Thomas Dijkhuis, en Margaretha Elisabeth Tonnis Kapinga, in leven ehelieden, landbouwers, gewoond hebbende en overleden te Zuurdijk, alle uit hun huwelijk geboren,
en zijnde mitsdien de Comparant Tonnis Jan Dijkhuis, uit eigen hoofde -,
de beide onder ten tweede gemelde comparanten Mentsje, en Jan Pieters de Vries, bij representatie hunner overledene moeder; en
de onder ten derde genoemde Margaretha Elizabeth -; Antje, en Catharina Maria Wolthuis, mede bij representatie van derzelver overledene moeder opgemeld,
te zamen de eenige erfgenamen van en regthebbenden op derzelver nalatenschappen.
Alle welke comparanten – aan ons, notaris, bekend – verklaarden, dat zij, tengevolge bekomene autorisatie van den Arrondissementsregtbank te Appingedam, bij dispositie van den vierden November jongstleden, waarvan eene behoorlijke expeditie bij deze aan ons is vertoond, doch dadelijk terug gegeven, – hadden doen publiek maken hun voornemen, om bij heden avondm uur en plaats voorschreven, – in tegenwoordigheid van Tonnis Jans Dijkhuis, bovengemeld, in kwaliteit als toeziend voogd over voornoemde minderjarigen; mitsgaders ten bijwezen van Abel Jans Sleuver, koopman, wonende te Ulrum, en van Jakob Pieters Beukema, schoolonderwijzer, wonende te Leens, in hunne hoedanigheid van uitvoerders der uiterste wilsbeschikking van de erflateres Margaretha Elisabeth Tonnis Kapinga, –
ten overstaan van ons, notaris, in het openbaar, volgens plaatselijk gebruik te doen veilen en, indien daartoe termen zijn, te verkoopen de navolgende onroerende goederen, als:
Numero een. Eene boeren behuizing en schuur, cum annexis, geteekent numero een en twintig, met de vaste, altijd durende en onopzegbare beklemming van derzelver erf, boomgaard en bijbehoorende bouw- en weilanden, te zamen, volgens de kadastrale opmeting, groot elf bunders, drie en vijftig roeden en dertig ellen, doende jaarlijks op midwinter aan de Diaconie der Roomsch-Catholieke gemeente op den Hoorn tot vaste huur zes en zestig gulden en vijftien centen, staande en gelegen te Zuurdijk, gemeente Leens, Arrondissement Appingedam, en aldaar in den legger van het Kadaster bekend onder Sectie G, nummers, 244 tot en met 254, 334 en 335.
Door de erflater, onder de namen van Jan Thomas en Margaretha Elisabeth Tonnis, aangekocht bij authentieke acte, beleden voor Henricus Cleveringa, rigter van Wehe en Zuurdijk, cum annexis, den vierden Junij zeventien honderd twee en tachtig, vóór de invoering der registratie, waarvan geene overschrijving ten Kantore van hijpotheken heeft plaats gehad. Zijnde het beklemrecht dezer landen tevens bij gemelde acte geconstitueerd.
Numero twee. De vaste en altijd durende beklemming van, volgens kadastrale opmeting, twee bunders, een en veertig roeden en zeventig ellen Land, doende jaarlijks, op midwinter, aan de pastorij der Hervormden te Zuurdijk tot vaste huur vijftien gulden, gelegen te Zuurdijk, gemeente Leens, en aldaar in den legger van het Kadaster bekend onder Sectie G, nummers 369 en 370. Door de erlaters aangekocht onder de namen van Jan Thomas en Margaretha Tonnis, volgens authentieke acte, beleden voor den Heer Heshusius, rigter van Wehe, Zuurdijk en Nienklooster, den vijf en twintigsten October zeventienhonderd zeven en negentig, vóór de invoering der registratie, waarvan geene overschrijving ten Kantore van hijpotheken heeft plaats gehad.
Numero drie. Den eigendom van een behuisde heemstede of erf, groot vier roeden en zeventig ellen, wordende door Harmtje Roelfs, weduwe Jannes Hazekamp, eigenares te Eenrum, onder beklemming gebruikt, voor eene jaarlijksche, op primo Mei verschijnende huur van vier gulden, gelegen te Eenrum, gemeente van dien naam, arrondissement Appingedam, en aldaar in den legger van het Kadaster bekend abuisivelijk ten name van Anje Jannes Hazekamp, onder Sectie B, nummer 827.
Numero vier. Den eigendom van eene behuisde heemstede of erf, groot drie roeden en zestig ellen, wordende door Jan Jans Lap, daglooner te Houwerzijl, onder beklemming gebruikt, voor eene jaarlijksche op primo Mei verschijnende huur van drie gulden en vijftig centen; gelegen te Houwerzijl, gemeente Ulrum, en aldaar in den legger van het Kadaster bekend onder Sectie E, nummers 215 en 216.
Verklarende de Comparanten, dat er geene schriftelijke titels van aankomst der beide laatstgemelde eigendommen bestonden, doch dat dezelve meer dan dertig jaren door de erflater zijn bezeten, zonder dat deswege eenige overschrijving ten Kantore van hijpotheken had plaats gehad.
Tot verkoop van de bovengemelde vier perceelen hebben de comparanten opgegeven en vastgesteld de volgende bedingen en voorwaarden, welke, nevens den aanvang van dit proces verbaal, door ons, notaris, aan de te zamen gekomene personen in het openbaar zijn voorgelezen, als:
Artikel een. De voorgeschreven goederen zullen worden verkocht zoo als dezelve zich ten dage van verkoop bevinden, met al hetgeen tot dezelve door bestemming behoort en daarin en aan aard- en nagelvast is, zonder uitzondering, gelijk ook de losse breden en tijlings in de bedsteden, in de behuizing en de mest, op het heem aanwezig, in den verkoop van het perceel numero een begrepen zullen wezen; echter wordt uitbedongen en niet mede verkocht het losse balkhout en de schutten en wringen; willende de verkooperen niet aansprakelijk zijn voor onvermoedelijk verkeerde opgave van de grootte, staat of verdere aanduiding der goederen; als wordende de koopers gehouden, daarmede voldoende bekend te zijn, en de respectieve perceelen te koopen met alle lusten, lasten, regten, servituten en zwarigheden, welke reeds op dezelve liggen of daarop vervolgens gelegd mogten worden, zonder uitzondering, hoe ook genaamd, alles invoege het verkochte door verkooperen is bezeten en met voormelde titels van aankomst en bezit heeft kunnen worden verdedigd. Artikel twee. De aanvaarding zal plaats hebben van den tuin en de landerijen op den twaalfden Maart – en van de behuizing, schuur en het heem, benevens de eigendommen onder numero drie, en numero vier vermeld, op den eersten mei, alles in den jare achttienhonderd vier en veertig; behoudens nogthans de verkooperen de vrijheid, om de begravene veldvruchten, op het verkochte aanwezig, ter bekwame tijd te mogen vervoeren.
[de gebruikelijke bedingen]
Artikel negen. De veilingen zullen worden gehouden volgens plaatselijk gebruik, reserverende zich de verkoperen de vrijheid, om, nadat de perceelen numero een en numero twee eerst ieder afzonderlijk zijn geveild, dezelve daarna te zamen te trekkenn en in massa te presenteeren, blijvende daardoor niettemin de bieder op ieder der perceelen afzonderlijk, voor hunne gedane botten verbonden tot aan het finaal besluit van de verkooperen, die na afloop der laatste veiling nog een groot uur beraad houden, of zij het gepresenteerde, geheel of ten deele, voor de gebodene sommen willen toewijzen of inhouden.
Hierna requireerden de Comparanten tot de veiling en verkoop van boevengemelde goederen over te gaan, en nadat alstoen diverse veilingen en opbiedingen hadden plaats gehad, is eindelijk van
de boerenbehuizing en schuur met beklemming der landerijen, invoege hierboven onder numero een omschreven, hoogste bieder geweest en tot kooper verklaard met en voor eene som en koopprijs van vijf duizend vijfhonderd vijf en zestig gulden, Tonnis Jans Dijkhuis, landbouwer, wonende te Zuurdijk, bovengemeld, die, hier tegenwoordig, zulks erkennende, deze koop alzoo verklaarde aan te nemen; zijnde hij kooper, als mede-erfgenamen voormeld, voor een derde aandeel van het verkochte perceel zelve eigenaar; waarop de kooper, na gedane voorlezing, hier ter plaatse heeft getekend.
T J Dikhuis
Van de beklemming van het land hiervan onder numero twee omschreven, is hoogste bieder geweest met – en tot koper verklaard voor eene Som eenduizend een honderd en tien gulden, Oewe Pieters van Duinen, onderwijzer der jeugd en kastelein. wonende te Zuurdijk, die, hier tegenwoordig en aan Ons, notaris, bekend, verklaarde, dezen Koop gedaan te hebben, en te accepteren voor zich en in gemeenschap met deszelfs echtgenoote Martje Jans Loots, waarop hij na voorlezing hier ter plaatse heeft geteekend.
O. P. van Duinen
Van het perceel numero drie, zijnde den eigendom gelegen te Eenrum, is hoogste bieder geweest met – en tot Kooper verklaard voor eene Som en Koopprijs van negentig gulden, Geert Reints Wierenga, buiten beroep, wonende te Zuurdijk, die, hier present, verklaarde, dezen Koop gedaan te hebben en aan te nemen voor zich en in gemeenschap met deszelfs echtgenoote Menstje Pieters de Vries, beide hiervoren gemeld, welke laatste, als mede-erfgenaam voormeld, voor een zesde aandeel, van dit perceel zelve was eigenares; hebbende hij, Kooper, na gedane voorlezing, alhier geteekend.
G R Wierenga
En van het perceel numero vier, zijnde den eigendom te Houwerzijl gelegen, is hoogste bieder geweest met – en tot Kooper verklaard voor eene Som van vijf en tachtig gulden, Roelf Jans Sikkens, schoenmaker, wonende te Houwerzijl, die, hier tegenwoordig en aan Ons, notaris, bekend, verklaarde, dezen koop te accepteren; waarop hij, na gedane voorlezing, alhier heeft geteekend.
R J Sikkens
Van al hetwelk dit proces-verbaal is opgemaakt. Gedaan en gepasseerd op plaats, dag, maand en jaar, in het hoofd dezes gemeld; alles in tegenwoordigheid van Simon Jans Jeltes, landbouwer, wonende te Zuurdijk, en van Rijpke Dijkstra, veldwachter, wonende te Wehe, als getuige ten deze verzocht, bevoegd en aan Ons, notaris bekend, die dit met de Comparanten en Ons, notaris, na gedane voorlezing, hebben geteekend.
___________________________________________________________ |
Naar Boerderij “Dijkstede”