14-11-1788 Hartog Levi van Geuns procedeert over ontbinding firma met Evert Lammerts

___________________________________________________________

Evert Lammerts en Hartog Levi hadden een firma, dewelke werd voortgezet door Evert Lammerts.
___________________________________________________________

Regtdag gehouden in Judicio tot Leens den 14 November 1788.
In saken
Hartog Levi
geregtelijk hebbende doen citeren Evert Lammerts tot Leens bij poena 1 Mark. 

Soo contendeerde de Advocaar B: Cleveringa in qlte uit naam van de Impetr tot confirmatie van navolgende correlasie. 

Ten eijnde Gede ten  overstaan van het EE Gerigte met de Impetr sou moeten liquideren, en verëffenen, soodaene praetensien en contra praetensien, als uit hoofde der compagnieschap en mandelige negotien tusschen de Impetr en Gede stand gegrepen hebbende, plaats mogten vinden, aangesien de Impetr ongenegen sijnde in dezelve voortaan te continuëren, Gede tot voorseijde liquidatie na regte was gehouden en verpligt, bij foute van dien een confirmatie deeses gedogen, dat Gede daartoe door regtsmiddelen sou worden geconstringeert salvo jure alio ac ulterion.
De Gede selve in Judicio tegenwoordig declareerde veerdig te sijn tot deeze vereffeninge met de Impetr.
Heeft het EE Gerigte deese gemaneerde conclusie op acquiescement van Gede geconfismeert. 

Commissie gehouden in Judicio tot Leens den 17 Nov: 1788.
In saken
Hartog Levi Impetr op en tegens
Evert Lammerts Gede per conclusie den 14 deeser geprothocollert. 

Parthijen laaten tekenen ten overstaan van het EE gerigte, met Elkanderen te sijn verëenigt, invoegen dat Evert Lammerts aan Hartog Levij weegens meerdere profijtelijke staat na aftrek der schadelijke onder hen grosso modo is gecalculeert berustende te sijn sal moeten betalen drie car: gulden Elf stuivers en ses duiten, waar meede alle hunne praetensien en contra praetensien, tot dato deezes ten eenemaal sullen sijn verëffend sonder dat de een op de ander de minste praetensie hoe genaamt blijft reserveren, en dat voorts de kosten door wederzijds parthijen jeder voor de halfscheid zal worden gedragn, welke drie gulden 11 stuiver en ses duiten door de Gede aan den Impetr in judicio sijn voldaan.
Is zulks in actis getekend. 

[ beiden moesten ieder aan commissiegeld betalen f:=12=]

___________________________________________________________

Naar Hartog Levi van Geuns